buitenleven
Dutch (Brabantic)
/ˈbœy̯.tə(n)ˌleː.və(n)/
noun
Definitions
- The life, living, residence in the countryside
Etymology
Compound from Dutch, Flemish buiten (outside, in the open, without, outside of, outer, out) + Dutch, Flemish leven (life, live).
Origin
Dutch (Brabantic)
leven
Gloss
life, live
Concept
Semantic Field
The body
Ontological Category
Other
Kanji
生
Emoji
🧬
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- bedrijfsleven Dutch, Flemish
- beleven Dutch, Flemish
- binnenstebuiten Dutch, Flemish
- boerenleven Dutch, Flemish
- buiten Dutch, Flemish
- buitenaards Dutch, Flemish
- buitenband Dutch, Flemish
- buitenbeugel Dutch, Flemish
- buitendeur Dutch, Flemish
- buitengaats Dutch, Flemish
- buitengemeen Dutch, Flemish
- buitenhuis Dutch, Flemish
- buitenissig Dutch, Flemish
- buitenkans Dutch, Flemish
- buitenkant Dutch, Flemish
- buitenkern Dutch, Flemish
- buitenland Dutch, Flemish
- buitenlucht Dutch, Flemish
- buitenlui Dutch, Flemish
- buitenmaatschappelijk Dutch, Flemish
- buitenman Dutch, Flemish
- buitenmoeder Dutch, Flemish
- buitenmuur Dutch, Flemish
- buitenplaneet Dutch, Flemish
- buitenpolitiek Dutch, Flemish
- buitenshuis Dutch, Flemish
- buitensluiten Dutch, Flemish
- buitenspel Dutch, Flemish
- buitensporig Dutch, Flemish
- buitenst Dutch, Flemish
- buitenstaander Dutch, Flemish
- buitentijds Dutch, Flemish
- buitentrouw Dutch, Flemish
- buitenverblijf Dutch, Flemish
- buitenvrouw Dutch, Flemish
- buitenwaarts Dutch, Flemish
- buitenwacht Dutch, Flemish
- buitenwereld Dutch, Flemish
- buitenwerk Dutch, Flemish
- buitenwettelijk Dutch, Flemish
- buitenwijk Dutch, Flemish
- buitenwipper Dutch, Flemish
- herleven Dutch, Flemish
- hondenleven Dutch, Flemish
- inleven Dutch, Flemish
- kinderleven Dutch, Flemish
- leefgebied Dutch, Flemish
- leefgemeenschap Dutch, Flemish
- leefloon Dutch, Flemish
- leefmilieu Dutch, Flemish
- leefstijl Dutch, Flemish
- leeftijd Dutch, Flemish
- leeftocht Dutch, Flemish
- leefwijze Dutch, Flemish
- leven Dutch, Flemish
- levenloos Dutch, Flemish
- levensbelang Dutch, Flemish
- levensbelangrijk Dutch, Flemish
- levensbeschouwing Dutch, Flemish
- levensbeschrijvend Dutch, Flemish
- levensbeschrijver Dutch, Flemish
- levensbeschrijving Dutch, Flemish
- levensduur Dutch, Flemish
- levensecht Dutch, Flemish
- levensgenieter Dutch, Flemish
- levensgevaar Dutch, Flemish
- levensgezel Dutch, Flemish
- levensgezellin Dutch, Flemish
- levensjaar Dutch, Flemish
- levenskracht Dutch, Flemish
- levensleer Dutch, Flemish
- levensleugen Dutch, Flemish
- levenslied Dutch, Flemish
- levensloop Dutch, Flemish
- levensloos Dutch, Flemish
- levenslucht Dutch, Flemish
- levensmiddel Dutch, Flemish
- levensmoe Dutch, Flemish
- levensschets Dutch, Flemish
- levensstijl Dutch, Flemish
- levensvatbaar Dutch, Flemish
- levensverzekering Dutch, Flemish
- levensvorm Dutch, Flemish
- levenswende Dutch, Flemish
- liefdesleven Dutch, Flemish
- medeleven Dutch, Flemish
- mensenleven Dutch, Flemish
- opleven Dutch, Flemish
- overleven Dutch, Flemish
- samenleven Dutch, Flemish
- soldatenleven Dutch, Flemish
- stilleven Dutch, Flemish
- buten Middle Dutch
- leven Middle Dutch
- buite Afrikaans
- leef Afrikaans
- lewe Afrikaans
- boiti Sranan Tongo
- leven
- buiten
- opleven
- inleven
- beleven
- leefloon
- leeftijd
- buitenst
- herleven
- levenloos
- leefwijze
- levensmoe
- leefstijl
- buitenlui
- stilleven
- medeleven
- overleven
- leeftocht
- buitenman
- levensjaar
- levensleer
- buitenkern
- leefmilieu
- levensloos
- levensvorm
- samenleven
- buitenkant
- levensduur
- buitenmuur
- buitenband
- buitenland
- buitenwerk
- levensecht
- buitenspel
- buitendeur
- buitenwijk
- leefgebied
- levenslied
- buitenkans
- levensloop
- buitenhuis
- levenslucht
- buitentrouw
- mensenleven
- buitenvrouw
- kinderleven
- buitenissig
- levensgezel
- buitengaats
- buitenlucht
- buitenaards
- buitentijds
- levensstijl
- levenswende
- buitenshuis
- hondenleven
- buitenwacht
- boerenleven
- buitenwipper
- levensgevaar
- buitengemeen
- levensleugen
- levenskracht
- buitensporig
- levensschets
- levensbelang
- liefdesleven
- buitenmoeder
- buitenwereld
- levensmiddel
- buitenbeugel
- buitenwaarts
- levensvatbaar
- bedrijfsleven
- soldatenleven
- buitenplaneet
- buitensluiten
- buitenstaander
- levensgenieter
- levensgezellin
- buitenpolitiek
- buitenverblijf
- buitenwettelijk
- binnenstebuiten
- leefgemeenschap
- levensbelangrijk
- levensverzekering
- levensbeschrijver
- levensbeschouwing
- levensbeschrijving
- levensbeschrijvend
- buitenmaatschappelijk