rijksambtenaar
Dutch (Brabantic)
/ˈrɛi̯ksˌɑm(p).tə.naːr/
noun
Definitions
- A public servant working for a national government, usually one working in the Netherlands or another unitary monarchy.
Etymology
Affix from Dutch, Flemish rijk (rich, realm, empire, kingdom, full of, rich in, domain, monarchic state, abundant) + Dutch, Flemish ambtenaar (civil servant, public servant, official)+ Dutch, Flemish nl (diminutive suffix, -y, province, arse)+ Dutch, Flemish ambt + Dutch, Flemish (public) office).
Origin
Dutch (Brabantic)
(public) office)
Gloss
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Reich German
- (public) office) Dutch, Flemish
- Frankrijk Dutch, Flemish
- Kaapprovincie Dutch, Flemish
- Rijksaramees Dutch, Flemish
- aardrijk Dutch, Flemish
- aardsgezind Dutch, Flemish
- achterkamertjespolitiek Dutch, Flemish
- aderrijk Dutch, Flemish
- ambt Dutch, Flemish
- ambtelijk Dutch, Flemish
- ambteloos Dutch, Flemish
- ambtenaar Dutch, Flemish
- ambtgenoot Dutch, Flemish
- ambtseed Dutch, Flemish
- ambtsketen Dutch, Flemish
- ambtsroede Dutch, Flemish
- ambtstaal Dutch, Flemish
- appelsien Dutch, Flemish
- banjerheer Dutch, Flemish
- beenbreek Dutch, Flemish
- belangrijk Dutch, Flemish
- bestuursambtenaar Dutch, Flemish
- bloemrijk Dutch, Flemish
- bolderwagen Dutch, Flemish
- boomrijk Dutch, Flemish
- bosrijk Dutch, Flemish
- buitenissig Dutch, Flemish
- deugdrijk Dutch, Flemish
- dierenrijk Dutch, Flemish
- dodaars Dutch, Flemish
- dodenrijk Dutch, Flemish
- eedgespan Dutch, Flemish
- geestrijk Dutch, Flemish
- gemeenteambtenaar Dutch, Flemish
- glansrijk Dutch, Flemish
- halfslachtig Dutch, Flemish
- humusrijk Dutch, Flemish
- invloedrijk Dutch, Flemish
- kansrijk Dutch, Flemish
- keizerrijk Dutch, Flemish
- kernlis Dutch, Flemish
- kindermoord Dutch, Flemish
- kleurrijk Dutch, Flemish
- knipsel Dutch, Flemish
- koninkrijk Dutch, Flemish
- koolhydraatrijk Dutch, Flemish
- krabbenscheer Dutch, Flemish
- labbekak Dutch, Flemish
- landrot Dutch, Flemish
- loofrijk Dutch, Flemish
- mensenrechten Dutch, Flemish
- milieuambtenaar Dutch, Flemish
- nl Dutch, Flemish
- oelewapper Dutch, Flemish
- omvangrijk Dutch, Flemish
- petrochemie Dutch, Flemish
- plantenrijk Dutch, Flemish
- rederijker Dutch, Flemish
- rijk Dutch, Flemish
- rijkaard Dutch, Flemish
- rijkbedeeld Dutch, Flemish
- rijkdom Dutch, Flemish
- rijksappel Dutch, Flemish
- rijksbestuur Dutch, Flemish
- rijksdaalder Dutch, Flemish
- rijksdag Dutch, Flemish
- rijkskanselier Dutch, Flemish
- rijksmunt Dutch, Flemish
- rijkspolitie Dutch, Flemish
- rijksstraatweg Dutch, Flemish
- rijkswacht Dutch, Flemish
- rijksweg Dutch, Flemish
- ritssluiting Dutch, Flemish
- roemrijk Dutch, Flemish
- saprijk Dutch, Flemish
- schaduwrijk Dutch, Flemish
- schandpaal Dutch, Flemish
- scheersel Dutch, Flemish
- schimmenrijk Dutch, Flemish
- schimpscheut Dutch, Flemish
- snoeisel Dutch, Flemish
- spullenbaas Dutch, Flemish
- stamoudste Dutch, Flemish
- steenrijk Dutch, Flemish
- tolk-ambtenaar Dutch, Flemish
- toonkunst Dutch, Flemish
- trouwambtenaar Dutch, Flemish
- tsarenrijk Dutch, Flemish
- vanitasstilleven Dutch, Flemish
- verschijnsel Dutch, Flemish
- verzinsel Dutch, Flemish
- veulendragend Dutch, Flemish
- vindingrijk Dutch, Flemish
- visrijk Dutch, Flemish
- vissenrijk Dutch, Flemish
- weigerambtenaar Dutch, Flemish
- wereldrijk Dutch, Flemish
- zegerijk Dutch, Flemish
- zuurstofrijk Dutch, Flemish
- amtenar Indonesian
- ampt Middle Dutch
- rike Middle Dutch
- amp Afrikaans
- amptenaar Afrikaans
- ryk Afrikaans
- amtenar Javanese
- nl
- ambt
- rijk
- knipsel
- saprijk
- landrot
- kernlis
- dodaars
- visrijk
- bosrijk
- rijkdom
- rijkaard
- aardrijk
- boomrijk
- labbekak
- rijksdag
- snoeisel
- zegerijk
- ambtseed
- rijksweg
- kansrijk
- roemrijk
- aderrijk
- loofrijk
- Frankrijk
- eedgespan
- ambteloos
- ambtenaar
- dodenrijk
- kleurrijk
- humusrijk
- glansrijk
- geestrijk
- appelsien
- deugdrijk
- rijksmunt
- ambtelijk
- scheersel
- steenrijk
- beenbreek
- verzinsel
- ambtstaal
- toonkunst
- bloemrijk
- vissenrijk
- stamoudste
- schandpaal
- rijksappel
- rederijker
- dierenrijk
- keizerrijk
- ambtsroede
- oelewapper
- koninkrijk
- ambtgenoot
- belangrijk
- banjerheer
- tsarenrijk
- ambtsketen
- omvangrijk
- wereldrijk
- rijkswacht
- rijkbedeeld
- aardsgezind
- vindingrijk
- plantenrijk
- invloedrijk
- petrochemie
- spullenbaas
- schaduwrijk
- kindermoord
- buitenissig
- bolderwagen
- verschijnsel
- schimpscheut
- Rijksaramees
- rijksdaalder
- schimmenrijk
- halfslachtig
- ritssluiting
- rijkspolitie
- zuurstofrijk
- rijksbestuur
- krabbenscheer
- mensenrechten
- Kaapprovincie
- veulendragend
- trouwambtenaar
- rijkskanselier
- rijksstraatweg
- tolk-ambtenaar
- weigerambtenaar
- milieuambtenaar
- koolhydraatrijk
- vanitasstilleven
- (public) office)
- gemeenteambtenaar
- bestuursambtenaar
- achterkamertjespolitiek