vrijgevig
Dutch (Brabantic)
/vrɛi̯ˈɣeːvəx/
adj
Definitions
- generous
Etymology
Affix from Dutch, Flemish vrij (free, -less, without, -free, unbound, -proof) + Dutch, Flemish geven (give).
Origin
Dutch (Brabantic)
geven
Gloss
give
Concept
Semantic Field
Possession
Ontological Category
Action/Process
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aangeven Dutch, Flemish
- afgeven Dutch, Flemish
- begeven Dutch, Flemish
- berichtgeving Dutch, Flemish
- doorgeven Dutch, Flemish
- gastvrij Dutch, Flemish
- geven Dutch, Flemish
- gever Dutch, Flemish
- ijsvrij Dutch, Flemish
- ingeven Dutch, Flemish
- kennisgeving Dutch, Flemish
- lesgeven Dutch, Flemish
- omgeven Dutch, Flemish
- ontgeven Dutch, Flemish
- opgeven Dutch, Flemish
- overgeven Dutch, Flemish
- prijsgeven Dutch, Flemish
- regelgeving Dutch, Flemish
- teruggeven Dutch, Flemish
- toegeven Dutch, Flemish
- uitgeven Dutch, Flemish
- vogelvrij Dutch, Flemish
- voorgeven Dutch, Flemish
- vrij Dutch, Flemish
- vrijaf Dutch, Flemish
- vrijdenker Dutch, Flemish
- vrijgeleide Dutch, Flemish
- vrijgesteld Dutch, Flemish
- vrijgeven Dutch, Flemish
- vrijgevigheid Dutch, Flemish
- vrijgezel Dutch, Flemish
- vrijhandel Dutch, Flemish
- vrijhaven Dutch, Flemish
- vrijheid Dutch, Flemish
- vrijkorps Dutch, Flemish
- vrijmaken Dutch, Flemish
- vrijmarkt Dutch, Flemish
- vrijmetselaar Dutch, Flemish
- vrijpion Dutch, Flemish
- vrijplaats Dutch, Flemish
- vrijpleiten Dutch, Flemish
- vrijspraak Dutch, Flemish
- vrijstaat Dutch, Flemish
- vrijstad Dutch, Flemish
- vrijwillig Dutch, Flemish
- vrijzinnig Dutch, Flemish
- weergeven Dutch, Flemish
- weggeven Dutch, Flemish
- werkgeefster Dutch, Flemish
- wetgeven Dutch, Flemish
- zingeving Dutch, Flemish
- filibuster Indonesian
- prei Indonesian
- gēven Middle Dutch
- vri Middle Dutch
- gee Afrikaans
- vrij
- gever
- geven
- vrijaf
- ingeven
- begeven
- omgeven
- afgeven
- ijsvrij
- opgeven
- wetgeven
- ontgeven
- gastvrij
- lesgeven
- weggeven
- vrijpion
- toegeven
- vrijheid
- vrijstad
- aangeven
- uitgeven
- zingeving
- overgeven
- vrijmaken
- vrijkorps
- doorgeven
- vogelvrij
- vrijstaat
- vrijgeven
- vrijgezel
- weergeven
- vrijhaven
- vrijmarkt
- voorgeven
- teruggeven
- vrijzinnig
- vrijspraak
- vrijdenker
- vrijwillig
- prijsgeven
- vrijplaats
- vrijhandel
- regelgeving
- vrijgesteld
- vrijpleiten
- vrijgeleide
- werkgeefster
- kennisgeving
- berichtgeving
- vrijgevigheid
- vrijmetselaar