lijsttrekker
Dutch (Brabantic)
noun
Definitions
- The top candidate of a political party on a party list. Usually functions as the party's de facto leader.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish lijst (list) + Dutch, Flemish trekken (pull, draw, migrate, drag, tear, be windy, trek, air, pluck).
Origin
Dutch (Brabantic)
trekken
Gloss
pull, draw, migrate, drag, tear, be windy, trek, air, pluck
Concept
Semantic Field
Basic actions and technology
Ontological Category
Action/Process
Kanji
泪, 涙
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- lista Italian
- aandachtspuntenlijst Dutch, Flemish
- aandachttrekkerij Dutch, Flemish
- aantrekken Dutch, Flemish
- afspeellijst Dutch, Flemish
- aftrekken Dutch, Flemish
- bangalijst Dutch, Flemish
- betrekken Dutch, Flemish
- binnentrekken Dutch, Flemish
- debat Dutch, Flemish
- doortrekken Dutch, Flemish
- hitlijst Dutch, Flemish
- intrekken Dutch, Flemish
- kroonlijst Dutch, Flemish
- lijst Dutch, Flemish
- lijsttrekkersdebat Dutch, Flemish
- lijstverbinding Dutch, Flemish
- loonlijst Dutch, Flemish
- lostrekken Dutch, Flemish
- omtrekken Dutch, Flemish
- onttrekken Dutch, Flemish
- optrekken Dutch, Flemish
- overtrekken Dutch, Flemish
- ranglijst Dutch, Flemish
- rechttrekken Dutch, Flemish
- rondtrekken Dutch, Flemish
- samentrekken Dutch, Flemish
- schatlijst Dutch, Flemish
- steuntrekker Dutch, Flemish
- terugtrekken Dutch, Flemish
- treintrekker Dutch, Flemish
- trekbiljart Dutch, Flemish
- trekdier Dutch, Flemish
- trekkast Dutch, Flemish
- trekken Dutch, Flemish
- trekker Dutch, Flemish
- trekpaard Dutch, Flemish
- trekpop Dutch, Flemish
- trekschuit Dutch, Flemish
- treksprinkhaan Dutch, Flemish
- trekvaart Dutch, Flemish
- trekvis Dutch, Flemish
- trekvogel Dutch, Flemish
- trekwild Dutch, Flemish
- trekzak Dutch, Flemish
- uittrekken Dutch, Flemish
- verlanglijst Dutch, Flemish
- vertrekken Dutch, Flemish
- voltrekken Dutch, Flemish
- voortrekken Dutch, Flemish
- voorttrekken Dutch, Flemish
- vragenlijst Dutch, Flemish
- wachtlijst Dutch, Flemish
- woordenlijst Dutch, Flemish
- worteltrekken Dutch, Flemish
- lis Indonesian
- trecken Middle Dutch
- trekken Middle Dutch
- lys Afrikaans
- trek Afrikaans
- trèk Papiamentu
- lijst
- debat
- trekker
- trekzak
- trekken
- trekpop
- trekvis
- trekkast
- trekwild
- trekdier
- hitlijst
- trekvaart
- trekpaard
- betrekken
- intrekken
- aftrekken
- trekvogel
- optrekken
- loonlijst
- ranglijst
- omtrekken
- trekschuit
- aantrekken
- uittrekken
- schatlijst
- voltrekken
- lostrekken
- onttrekken
- vertrekken
- kroonlijst
- bangalijst
- wachtlijst
- rondtrekken
- trekbiljart
- doortrekken
- voortrekken
- overtrekken
- vragenlijst
- terugtrekken
- steuntrekker
- woordenlijst
- verlanglijst
- voorttrekken
- treintrekker
- afspeellijst
- rechttrekken
- samentrekken
- binnentrekken
- worteltrekken
- treksprinkhaan
- lijstverbinding
- aandachttrekkerij
- lijsttrekkersdebat
- aandachtspuntenlijst