kamerstuk
Dutch (Brabantic)
/ˈkaː.mərˌstʏk/
noun
Definitions
- (politics) A document treated in (any of the houses of) parliament.
- (theatre) A short play suitable for being performed in a room or other small venue with a small cast.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish kamer (room, chamber) + Dutch, Flemish stuk (piece, item, piecepart, feat, document, rest, component).
Origin
Dutch (Brabantic)
stuk
Gloss
piece, item, piecepart, feat, document, rest, component
Concept
Semantic Field
Quantity
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
休
Emoji
🧩
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- camera Latin
- aalmoezenierskamer Dutch, Flemish
- achterkamer Dutch, Flemish
- altaarstuk Dutch, Flemish
- badkamer Dutch, Flemish
- bedkamer Dutch, Flemish
- bestekamer Dutch, Flemish
- bewijsstuk Dutch, Flemish
- bilstuk Dutch, Flemish
- bloemstuk Dutch, Flemish
- boegbuiskamer Dutch, Flemish
- borststuk Dutch, Flemish
- brokstuk Dutch, Flemish
- damstuk Dutch, Flemish
- eenkamerig Dutch, Flemish
- folterkamer Dutch, Flemish
- gildekamer Dutch, Flemish
- goudstuk Dutch, Flemish
- grafkamer Dutch, Flemish
- haarstuk Dutch, Flemish
- hamerstuk Dutch, Flemish
- hoofdstuk Dutch, Flemish
- huiskamer Dutch, Flemish
- huzarenstuk Dutch, Flemish
- jachtstuk Dutch, Flemish
- kamer Dutch, Flemish
- kamerarrest Dutch, Flemish
- kamerjas Dutch, Flemish
- kamerlid Dutch, Flemish
- kamermeisje Dutch, Flemish
- kamermuziek Dutch, Flemish
- kamerolifant Dutch, Flemish
- kamerplant Dutch, Flemish
- kamertemperatuur Dutch, Flemish
- kerkstuk Dutch, Flemish
- kerststuk Dutch, Flemish
- kinstuk Dutch, Flemish
- klapstuk Dutch, Flemish
- kledingstuk Dutch, Flemish
- kleedkamer Dutch, Flemish
- koperstuk Dutch, Flemish
- kopstuk Dutch, Flemish
- kraamkamer Dutch, Flemish
- leerstuk Dutch, Flemish
- leraarskamer Dutch, Flemish
- lerarenkamer Dutch, Flemish
- lijnstuk Dutch, Flemish
- luchtkamer Dutch, Flemish
- martelkamer Dutch, Flemish
- meesterstuk Dutch, Flemish
- meubelstuk Dutch, Flemish
- mondstuk Dutch, Flemish
- nikkelstuk Dutch, Flemish
- operatiekamer Dutch, Flemish
- opiniestuk Dutch, Flemish
- paskamer Dutch, Flemish
- poststuk Dutch, Flemish
- pronkstuk Dutch, Flemish
- puntstuk Dutch, Flemish
- rederijkerskamer Dutch, Flemish
- regentenstuk Dutch, Flemish
- regentessenstuk Dutch, Flemish
- ribstuk Dutch, Flemish
- rommelkamer Dutch, Flemish
- schaakstuk Dutch, Flemish
- schatkamer Dutch, Flemish
- schelmstuk Dutch, Flemish
- schilderstuk Dutch, Flemish
- slaapkamer Dutch, Flemish
- sluitstuk Dutch, Flemish
- speelstuk Dutch, Flemish
- spreekkamer Dutch, Flemish
- staartstuk Dutch, Flemish
- studeerkamer Dutch, Flemish
- stuk Dutch, Flemish
- stukgaan Dutch, Flemish
- stukloon Dutch, Flemish
- stukwerk Dutch, Flemish
- toneelstuk Dutch, Flemish
- tuinkamer Dutch, Flemish
- verbrandingskamer Dutch, Flemish
- vierduitenstuk Dutch, Flemish
- vierduitstuk Dutch, Flemish
- voetstuk Dutch, Flemish
- vraagstuk Dutch, Flemish
- wachtkamer Dutch, Flemish
- wisselstuk Dutch, Flemish
- woonkamer Dutch, Flemish
- zilverstuk Dutch, Flemish
- zitkamer Dutch, Flemish
- zolderkamer Dutch, Flemish
- zondagskamer Dutch, Flemish
- OK Indonesian
- kamar Indonesian
- cāmere Middle Dutch
- stucke Middle Dutch
- kamer Afrikaans
- stuk Afrikaans
- kamber Papiamentu
- stuk
- kamer
- bilstuk
- damstuk
- ribstuk
- kinstuk
- kopstuk
- goudstuk
- stukgaan
- stukwerk
- klapstuk
- kamerlid
- paskamer
- voetstuk
- stukloon
- leerstuk
- bedkamer
- lijnstuk
- badkamer
- kerkstuk
- poststuk
- puntstuk
- kamerjas
- zitkamer
- brokstuk
- mondstuk
- haarstuk
- vraagstuk
- huiskamer
- grafkamer
- kerststuk
- tuinkamer
- bloemstuk
- koperstuk
- hamerstuk
- borststuk
- hoofdstuk
- jachtstuk
- speelstuk
- woonkamer
- pronkstuk
- sluitstuk
- schatkamer
- gildekamer
- altaarstuk
- slaapkamer
- kleedkamer
- meubelstuk
- wisselstuk
- zilverstuk
- staartstuk
- kraamkamer
- toneelstuk
- schaakstuk
- bestekamer
- bewijsstuk
- nikkelstuk
- luchtkamer
- schelmstuk
- opiniestuk
- kamerplant
- eenkamerig
- wachtkamer
- meesterstuk
- martelkamer
- kledingstuk
- spreekkamer
- kamermeisje
- huzarenstuk
- zolderkamer
- achterkamer
- folterkamer
- rommelkamer
- kamerarrest
- kamermuziek
- leraarskamer
- vierduitstuk
- studeerkamer
- zondagskamer
- schilderstuk
- kamerolifant
- regentenstuk
- lerarenkamer
- boegbuiskamer
- operatiekamer
- vierduitenstuk
- regentessenstuk
- rederijkerskamer
- kamertemperatuur
- verbrandingskamer
- aalmoezenierskamer