veldwerk
Dutch (Brabantic)
/ˈvɛlt.ʋɛrk/
noun
Definitions
- fieldwork
Etymology
Compound from Dutch, Flemish veld (field) + Dutch, Flemish werk (work, product, labour, produce, job, object).
Origin
Dutch (Brabantic)
werk
Gloss
work, product, labour, produce, job, object
Concept
Semantic Field
Basic actions and technology
Ontological Category
Action/Process
Kanji
働
Emoji
✂️ 🏗️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Rietveld Dutch, Flemish
- Wapenveld Dutch, Flemish
- Zonneveld Dutch, Flemish
- aandachtsveld Dutch, Flemish
- aardappelveld Dutch, Flemish
- aardewerk Dutch, Flemish
- achterwerk Dutch, Flemish
- beeldhouwwerk Dutch, Flemish
- bleekveld Dutch, Flemish
- bloembollenveld Dutch, Flemish
- bollenveld Dutch, Flemish
- bolwerk Dutch, Flemish
- bontwerk Dutch, Flemish
- bouwwerk Dutch, Flemish
- breiwerk Dutch, Flemish
- broddelwerk Dutch, Flemish
- buitenwerk Dutch, Flemish
- dichtwerk Dutch, Flemish
- drukwerk Dutch, Flemish
- ellebogenwerk Dutch, Flemish
- gasveld Dutch, Flemish
- gezichtsveld Dutch, Flemish
- giswerk Dutch, Flemish
- grasveld Dutch, Flemish
- gravitatieveld Dutch, Flemish
- handwerk Dutch, Flemish
- hekwerk Dutch, Flemish
- honkbalveld Dutch, Flemish
- huiswerk Dutch, Flemish
- ijsveld Dutch, Flemish
- koetswerk Dutch, Flemish
- kolenveld Dutch, Flemish
- koperwerk Dutch, Flemish
- krachtveld Dutch, Flemish
- kunstwerk Dutch, Flemish
- leidingwerk Dutch, Flemish
- lijkenveld Dutch, Flemish
- maaiveld Dutch, Flemish
- magneetveld Dutch, Flemish
- meesterwerk Dutch, Flemish
- middenveld Dutch, Flemish
- mijnenveld Dutch, Flemish
- naslagwerk Dutch, Flemish
- netwerk Dutch, Flemish
- olieveld Dutch, Flemish
- overwerk Dutch, Flemish
- paalwerk Dutch, Flemish
- papierwerk Dutch, Flemish
- plaatwerk Dutch, Flemish
- pleisterwerk Dutch, Flemish
- prutswerk Dutch, Flemish
- raamwerk Dutch, Flemish
- raderwerk Dutch, Flemish
- reukwerk Dutch, Flemish
- rijstveld Dutch, Flemish
- rookwerk Dutch, Flemish
- rozenveld Dutch, Flemish
- schilderwerk Dutch, Flemish
- slagveld Dutch, Flemish
- slagwerk Dutch, Flemish
- sloopwerk Dutch, Flemish
- slopingswerk Dutch, Flemish
- snijwerk Dutch, Flemish
- standaardwerk Dutch, Flemish
- steenkolenveld Dutch, Flemish
- strafwerk Dutch, Flemish
- stralingsveld Dutch, Flemish
- stukwerk Dutch, Flemish
- thuiswerk Dutch, Flemish
- touwwerk Dutch, Flemish
- urnenveld Dutch, Flemish
- uurwerk Dutch, Flemish
- vaatwerk Dutch, Flemish
- vakwerk Dutch, Flemish
- vectorveld Dutch, Flemish
- veld Dutch, Flemish
- veldbed Dutch, Flemish
- veldbrand Dutch, Flemish
- veldgrijs Dutch, Flemish
- veldgroen Dutch, Flemish
- veldheer Dutch, Flemish
- veldhospitaal Dutch, Flemish
- veldkeuken Dutch, Flemish
- veldkijker Dutch, Flemish
- veldleeuwerik Dutch, Flemish
- veldmaarschalk Dutch, Flemish
- veldofficier Dutch, Flemish
- veldprediker Dutch, Flemish
- veldslag Dutch, Flemish
- veldspaat Dutch, Flemish
- veldteken Dutch, Flemish
- veldtocht Dutch, Flemish
- velduil Dutch, Flemish
- veldwachter Dutch, Flemish
- vestingwerk Dutch, Flemish
- vloerwerk Dutch, Flemish
- voetenwerk Dutch, Flemish
- vredeswerk Dutch, Flemish
- vrijwilligerswerk Dutch, Flemish
- vuurwerk Dutch, Flemish
- werk Dutch, Flemish
- werkdruk Dutch, Flemish
- werkeiland Dutch, Flemish
- werkelijk Dutch, Flemish
- werkeloos Dutch, Flemish
- werkgeefster Dutch, Flemish
- werkgelegenheid Dutch, Flemish
- werkgever Dutch, Flemish
- werkgroep Dutch, Flemish
- werklust Dutch, Flemish
- werkneemster Dutch, Flemish
- werknemer Dutch, Flemish
- werkstellig Dutch, Flemish
- werktuig Dutch, Flemish
- werkverlet Dutch, Flemish
- werkverschaffing Dutch, Flemish
- werkwijze Dutch, Flemish
- werkzaam Dutch, Flemish
- zilverwerk Dutch, Flemish
- zwaartekrachtsveld Dutch, Flemish
- *fulþuz Proto-Germanic
- pelpolisi Indonesian
- velt Middle Dutch
- werc Middle Dutch
- veld Afrikaans
- vliegveld Afrikaans
- werk Afrikaans
- *werk Old Dutch
- veld
- werk
- giswerk
- vakwerk
- uurwerk
- bolwerk
- veldbed
- netwerk
- hekwerk
- velduil
- gasveld
- ijsveld
- reukwerk
- stukwerk
- werklust
- bontwerk
- vuurwerk
- maaiveld
- werktuig
- veldslag
- grasveld
- slagwerk
- touwwerk
- rookwerk
- werkdruk
- overwerk
- vaatwerk
- drukwerk
- bouwwerk
- werkzaam
- slagveld
- breiwerk
- Rietveld
- olieveld
- huiswerk
- handwerk
- paalwerk
- snijwerk
- veldheer
- raamwerk
- vloerwerk
- veldbrand
- werkelijk
- koperwerk
- veldgrijs
- veldteken
- werkgever
- aardewerk
- prutswerk
- thuiswerk
- werkeloos
- rijstveld
- veldtocht
- Zonneveld
- strafwerk
- werkwijze
- veldspaat
- urnenveld
- plaatwerk
- kolenveld
- sloopwerk
- koetswerk
- rozenveld
- veldgroen
- Wapenveld
- dichtwerk
- bleekveld
- werknemer
- raderwerk
- kunstwerk
- werkgroep
- veldkijker
- mijnenveld
- bollenveld
- zilverwerk
- buitenwerk
- naslagwerk
- werkeiland
- voetenwerk
- middenveld
- werkverlet
- lijkenveld
- veldkeuken
- papierwerk
- krachtveld
- achterwerk
- vectorveld
- vredeswerk
- werkstellig
- vestingwerk
- veldwachter
- honkbalveld
- broddelwerk
- leidingwerk
- magneetveld
- meesterwerk
- schilderwerk
- pleisterwerk
- werkgeefster
- veldofficier
- gezichtsveld
- werkneemster
- veldprediker
- slopingswerk
- stralingsveld
- standaardwerk
- aandachtsveld
- beeldhouwwerk
- aardappelveld
- veldleeuwerik
- ellebogenwerk
- veldhospitaal
- gravitatieveld
- veldmaarschalk
- steenkolenveld
- bloembollenveld
- werkgelegenheid
- werkverschaffing
- vrijwilligerswerk
- zwaartekrachtsveld