binnenmoeder
Dutch (Brabantic)
/ˈbɪ.nə(n)ˌmu.dər/
noun
Definitions
- headmistress of an orphanage
Etymology
Compound from Dutch, Flemish binnen (inside, inner, internal, interior, indoor) + Dutch, Flemish moeder (mother, uterus, womb).
Origin
Dutch (Brabantic)
moeder
Gloss
mother, uterus, womb
Concept
Semantic Field
Kinship
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
母
Emoji
🤰 🤱 🤶
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- binnekill English
- Moederdag Dutch, Flemish
- aartsmoeder Dutch, Flemish
- baarmoeder Dutch, Flemish
- bakermoeder Dutch, Flemish
- behuwdmoeder Dutch, Flemish
- betovergrootmoeder Dutch, Flemish
- binnen Dutch, Flemish
- binnenbaan Dutch, Flemish
- binnenband Dutch, Flemish
- binnenbeul Dutch, Flemish
- binnenbeurs Dutch, Flemish
- binnenbrengen Dutch, Flemish
- binnendoor Dutch, Flemish
- binnendringen Dutch, Flemish
- binnengaan Dutch, Flemish
- binnenhalen Dutch, Flemish
- binnenkant Dutch, Flemish
- binnenkern Dutch, Flemish
- binnenkomen Dutch, Flemish
- binnenland Dutch, Flemish
- binnenlands Dutch, Flemish
- binnenmens Dutch, Flemish
- binnenmuur Dutch, Flemish
- binnenplaats Dutch, Flemish
- binnenplaneet Dutch, Flemish
- binnenpret Dutch, Flemish
- binnenscheepvaart Dutch, Flemish
- binnenschip Dutch, Flemish
- binnenst Dutch, Flemish
- binnenstad Dutch, Flemish
- binnentrekken Dutch, Flemish
- binnenvaart Dutch, Flemish
- binnenvallen Dutch, Flemish
- binnenwater Dutch, Flemish
- binnenweg Dutch, Flemish
- binnenzak Dutch, Flemish
- binnenzee Dutch, Flemish
- bonusmoeder Dutch, Flemish
- buitenmoeder Dutch, Flemish
- duomoeder Dutch, Flemish
- grootmoeder Dutch, Flemish
- hondenmoeder Dutch, Flemish
- kattenmoeder Dutch, Flemish
- koningin-moeder Dutch, Flemish
- kruikenmoeder Dutch, Flemish
- kunstmoeder Dutch, Flemish
- moeder Dutch, Flemish
- moederbord Dutch, Flemish
- moederfiets Dutch, Flemish
- moedergodin Dutch, Flemish
- moederhuis Dutch, Flemish
- moederland Dutch, Flemish
- moederliefde Dutch, Flemish
- moederlijk Dutch, Flemish
- moederloog Dutch, Flemish
- moedermelk Dutch, Flemish
- moedermoord Dutch, Flemish
- moedernaakt Dutch, Flemish
- moedernegotie Dutch, Flemish
- moederschap Dutch, Flemish
- moederschip Dutch, Flemish
- moedersterfte Dutch, Flemish
- moedertaal Dutch, Flemish
- moedervlek Dutch, Flemish
- moederziel alleen Dutch, Flemish
- onthaalmoeder Dutch, Flemish
- overgrootmoeder Dutch, Flemish
- pleegmoeder Dutch, Flemish
- ravenmoeder Dutch, Flemish
- schoonmoeder Dutch, Flemish
- stiefmoeder Dutch, Flemish
- binen Indonesian
- binnen Indonesian
- binnen Middle Dutch
- moeder Middle Dutch
- binne Afrikaans
- moeder Afrikaans
- moeder
- binnen
- binnenst
- binnenweg
- binnenzak
- Moederdag
- duomoeder
- binnenzee
- baarmoeder
- binnenkant
- binnenpret
- moederhuis
- moedervlek
- binnenstad
- binnenbaan
- binnenmens
- binnendoor
- binnenband
- moederlijk
- moederbord
- binnenkern
- moederland
- moederloog
- binnenmuur
- binnengaan
- moedermelk
- moedertaal
- binnenland
- binnenbeul
- moederfiets
- ravenmoeder
- binnenlands
- binnenvaart
- aartsmoeder
- binnenhalen
- bonusmoeder
- binnenbeurs
- binnenschip
- stiefmoeder
- moederschap
- binnenkomen
- moedermoord
- pleegmoeder
- grootmoeder
- moedergodin
- moedernaakt
- kunstmoeder
- bakermoeder
- binnenwater
- moederschip
- binnenvallen
- binnenplaats
- hondenmoeder
- kattenmoeder
- schoonmoeder
- buitenmoeder
- moederliefde
- behuwdmoeder
- moedernegotie
- binnentrekken
- binnenbrengen
- kruikenmoeder
- onthaalmoeder
- binnendringen
- moedersterfte
- binnenplaneet
- koningin-moeder
- overgrootmoeder
- moederziel alleen
- binnenscheepvaart
- betovergrootmoeder