herenkleding
Dutch (Brabantic)
/ˈɦeː.rə(n)ˌkleː.dɪŋ/
noun
Definitions
- men's wear, men's clothes
Etymology
Compound from Dutch, Flemish heer (lord, gentleman, master, army, title for a priest) + Dutch, Flemish kleding (clothing).
Origin
Dutch (Brabantic)
kleding
Gloss
clothing
Concept
Semantic Field
Quantity
Ontological Category
Classifier
Emoji
☂️ ☔️ 🌂 🎓️ 🎩 👑 👒 👓️ 👔 👕 👖 👗 👘 👙 👚 👛 👜 👝 👞 👟 👠 👡 👢 👣 📿 🥻
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Heerenveen Dutch, Flemish
- ambachtsheer Dutch, Flemish
- baanderheer Dutch, Flemish
- banjerheer Dutch, Flemish
- bannerheer Dutch, Flemish
- beschermheer Dutch, Flemish
- bouwheer Dutch, Flemish
- burchtheer Dutch, Flemish
- dameskleding Dutch, Flemish
- doorkijkkleding Dutch, Flemish
- gastheer Dutch, Flemish
- geneesheer Dutch, Flemish
- heer Dutch, Flemish
- heerkracht Dutch, Flemish
- heerlijk Dutch, Flemish
- heeroom Dutch, Flemish
- heerschaar Dutch, Flemish
- heerschappij Dutch, Flemish
- heerschare Dutch, Flemish
- herenboer Dutch, Flemish
- herenboerderij Dutch, Flemish
- herenhoeve Dutch, Flemish
- herenhuis Dutch, Flemish
- herenkapper Dutch, Flemish
- herenliefde Dutch, Flemish
- jonkheer Dutch, Flemish
- kleding Dutch, Flemish
- kledingkast Dutch, Flemish
- kledingrek Dutch, Flemish
- kledingstuk Dutch, Flemish
- kledingzaak Dutch, Flemish
- krijgsheer Dutch, Flemish
- leenheer Dutch, Flemish
- meneer Dutch, Flemish
- merkkleding Dutch, Flemish
- mijnheer Dutch, Flemish
- positiekleding Dutch, Flemish
- raadsheer Dutch, Flemish
- veldheer Dutch, Flemish
- wereldheer Dutch, Flemish
- zwemkleding Dutch, Flemish
- deler Indonesian
- hêre Middle Dutch
- kleding Afrikaans
- heer
- meneer
- kleding
- heeroom
- heerlijk
- leenheer
- gastheer
- bouwheer
- veldheer
- mijnheer
- jonkheer
- herenhuis
- raadsheer
- herenboer
- wereldheer
- kledingrek
- geneesheer
- krijgsheer
- banjerheer
- burchtheer
- bannerheer
- Heerenveen
- herenhoeve
- heerschaar
- heerkracht
- heerschare
- baanderheer
- merkkleding
- kledingstuk
- kledingkast
- kledingzaak
- herenkapper
- zwemkleding
- herenliefde
- dameskleding
- heerschappij
- beschermheer
- ambachtsheer
- herenboerderij
- positiekleding
- doorkijkkleding