merendeel
Dutch (Brabantic)
noun
Definitions
- majority, largest proportion
Etymology
Inherited from Middle Dutch meredeel compound from Dutch, Flemish meer (lake, more, boundary, a limit) + Dutch, Flemish deel (part, piece, partial, share, portion).
Origin
Dutch (Brabantic)
deel
Gloss
part, piece, partial, share, portion
Concept
Semantic Field
Quantity
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Aalsmeer Dutch, Flemish
- Bijlmermeer Dutch, Flemish
- IJsselmeer Dutch, Flemish
- aandeel Dutch, Flemish
- achterdeel Dutch, Flemish
- bestanddeel Dutch, Flemish
- boekdeel Dutch, Flemish
- dagdeel Dutch, Flemish
- deel Dutch, Flemish
- deelcertificaat Dutch, Flemish
- deelgemeente Dutch, Flemish
- deelgenoot Dutch, Flemish
- deelnemen Dutch, Flemish
- deelregering Dutch, Flemish
- deelstaat Dutch, Flemish
- deelteken Dutch, Flemish
- deeltijds Dutch, Flemish
- deelverzameling Dutch, Flemish
- deelvraag Dutch, Flemish
- gebiedsdeel Dutch, Flemish
- hoefijzermeer Dutch, Flemish
- immer Dutch, Flemish
- kratermeer Dutch, Flemish
- landsdeel Dutch, Flemish
- leeuwendeel Dutch, Flemish
- lichaamsdeel Dutch, Flemish
- meer Dutch, Flemish
- meergodendom Dutch, Flemish
- meerjarig Dutch, Flemish
- meerkat Dutch, Flemish
- meerkeuzetoets Dutch, Flemish
- meerkeuzevraag Dutch, Flemish
- meerkoet Dutch, Flemish
- meerlagig Dutch, Flemish
- meerlettergrepig Dutch, Flemish
- meerman Dutch, Flemish
- meermin Dutch, Flemish
- meerpolder Dutch, Flemish
- meertalig Dutch, Flemish
- meertrapsraket Dutch, Flemish
- meerval Dutch, Flemish
- meervoud Dutch, Flemish
- meerwaarde Dutch, Flemish
- meerzinnig Dutch, Flemish
- nadeel Dutch, Flemish
- onderdeel Dutch, Flemish
- oordeel Dutch, Flemish
- reservedeel Dutch, Flemish
- schaamdeel Dutch, Flemish
- smaldeel Dutch, Flemish
- stadsdeel Dutch, Flemish
- strandmeer Dutch, Flemish
- stuwmeer Dutch, Flemish
- tegendeel Dutch, Flemish
- vierdeel Dutch, Flemish
- voordeel Dutch, Flemish
- werelddeel Dutch, Flemish
- woorddeel Dutch, Flemish
- zinsdeel Dutch, Flemish
- zoetwatermeer Dutch, Flemish
- zoutwatermeer Dutch, Flemish
- negara bagian Indonesian
- sekolah lanjutan Indonesian
- dêel Middle Dutch
- meredeel Middle Dutch
- mēre Middle Dutch
- meer Afrikaans
- meer
- deel
- immer
- nadeel
- meerval
- aandeel
- meerkat
- meermin
- dagdeel
- meerman
- oordeel
- meervoud
- Aalsmeer
- vierdeel
- stuwmeer
- smaldeel
- boekdeel
- zinsdeel
- voordeel
- meerkoet
- meerlagig
- deelstaat
- deelteken
- tegendeel
- meerjarig
- deelvraag
- woorddeel
- landsdeel
- stadsdeel
- meertalig
- deelnemen
- onderdeel
- deeltijds
- meerpolder
- kratermeer
- achterdeel
- meerwaarde
- werelddeel
- deelgenoot
- IJsselmeer
- strandmeer
- schaamdeel
- meerzinnig
- leeuwendeel
- bestanddeel
- Bijlmermeer
- gebiedsdeel
- reservedeel
- deelregering
- lichaamsdeel
- deelgemeente
- meergodendom
- zoutwatermeer
- zoetwatermeer
- hoefijzermeer
- meerkeuzevraag
- meertrapsraket
- meerkeuzetoets
- deelcertificaat
- deelverzameling
- meerlettergrepig