lijnzaad
Dutch (Brabantic)
/ˈlɛi̯nzaːt/
noun
Definitions
- linseed, flaxseed
Etymology
Compound from Dutch, Flemish lijn (line, flax, rope, linum, leash, thin rope, cord) + Dutch, Flemish zaad (seed, sperm, semen).
Origin
Dutch (Brabantic)
zaad
Gloss
seed, sperm, semen
Concept
Semantic Field
Agriculture and vegetation
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
精
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- colza English
- aandrijflijn Dutch, Flemish
- aanlijnen Dutch, Flemish
- aanvoerlijn Dutch, Flemish
- angellijn Dutch, Flemish
- baslijn Dutch, Flemish
- buslijn Dutch, Flemish
- gedachtelijn Dutch, Flemish
- hennepzaad Dutch, Flemish
- hondenlijn Dutch, Flemish
- jaaglijn Dutch, Flemish
- kantlijn Dutch, Flemish
- kettinglijn Dutch, Flemish
- kolenlijn Dutch, Flemish
- koolzaad Dutch, Flemish
- kustlijn Dutch, Flemish
- lijn Dutch, Flemish
- lijnen Dutch, Flemish
- lijnintegraal Dutch, Flemish
- lijnlading Dutch, Flemish
- lijnladingsdichtheid Dutch, Flemish
- lijnolie Dutch, Flemish
- lijnrecht Dutch, Flemish
- lijnstroom Dutch, Flemish
- lijnstroomdichtheid Dutch, Flemish
- lijnstuk Dutch, Flemish
- lijnvliegtuig Dutch, Flemish
- lijnvlucht Dutch, Flemish
- lijnzaadolie Dutch, Flemish
- linnen Dutch, Flemish
- loodlijn Dutch, Flemish
- maanzaad Dutch, Flemish
- middellijn Dutch, Flemish
- olie Dutch, Flemish
- partijlijn Dutch, Flemish
- raaklijn Dutch, Flemish
- raapzaad Dutch, Flemish
- rechtlijnig Dutch, Flemish
- richtlijn Dutch, Flemish
- scheidingslijn Dutch, Flemish
- scheidlijn Dutch, Flemish
- scheidslijn Dutch, Flemish
- schroeflijn Dutch, Flemish
- spoorlijn Dutch, Flemish
- stroomlijn Dutch, Flemish
- telefoonlijn Dutch, Flemish
- tijdlijn Dutch, Flemish
- verhaallijn Dutch, Flemish
- vislijn Dutch, Flemish
- vlaggenlijn Dutch, Flemish
- vlaszaad Dutch, Flemish
- vloedlijn Dutch, Flemish
- vogelzaad Dutch, Flemish
- waslijn Dutch, Flemish
- zaad Dutch, Flemish
- zaadbal Dutch, Flemish
- zaadbank Dutch, Flemish
- zaadhuid Dutch, Flemish
- zaadkapsel Dutch, Flemish
- zaadleider Dutch, Flemish
- zaadlob Dutch, Flemish
- zaadlozing Dutch, Flemish
- zaadmantel Dutch, Flemish
- zaadolie Dutch, Flemish
- zaadplant Dutch, Flemish
- zadenbank Dutch, Flemish
- lin Indonesian
- līne Middle Dutch
- saet Middle Dutch
- saad Afrikaans
- ლინი Georgian
- lijn
- zaad
- olie
- lijnen
- linnen
- waslijn
- vislijn
- zaadlob
- buslijn
- zaadbal
- baslijn
- kustlijn
- zaadbank
- zaadhuid
- lijnolie
- vlaszaad
- loodlijn
- lijnstuk
- jaaglijn
- raapzaad
- zaadolie
- kantlijn
- tijdlijn
- maanzaad
- raaklijn
- koolzaad
- angellijn
- zaadplant
- richtlijn
- aanlijnen
- zadenbank
- lijnrecht
- spoorlijn
- kolenlijn
- vloedlijn
- vogelzaad
- scheidlijn
- stroomlijn
- hennepzaad
- lijnstroom
- lijnlading
- hondenlijn
- partijlijn
- zaadleider
- lijnvlucht
- middellijn
- zaadlozing
- zaadmantel
- zaadkapsel
- scheidslijn
- schroeflijn
- aanvoerlijn
- verhaallijn
- vlaggenlijn
- rechtlijnig
- kettinglijn
- lijnzaadolie
- telefoonlijn
- aandrijflijn
- gedachtelijn
- lijnvliegtuig
- lijnintegraal
- scheidingslijn
- lijnstroomdichtheid
- lijnladingsdichtheid