aanvoerlijn
Dutch (Brabantic)
/ˈaːn.vuːrˌlɛi̯n/
noun
Definitions
- supply line
Etymology
Compound from Dutch, Flemish aanvoeren + Dutch, Flemish lijn (line, flax, rope, linum, leash, thin rope, cord).
Origin
Dutch (Brabantic)
lijn
Gloss
line, flax, rope, linum, leash, thin rope, cord
Concept
Semantic Field
Spatial relations
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
線
Emoji
🎣 📏 📐
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aan Dutch, Flemish
- aandrijflijn Dutch, Flemish
- aanlijnen Dutch, Flemish
- aanvoerder Dutch, Flemish
- aanvoeren Dutch, Flemish
- angellijn Dutch, Flemish
- baslijn Dutch, Flemish
- buslijn Dutch, Flemish
- gedachtelijn Dutch, Flemish
- hondenlijn Dutch, Flemish
- jaaglijn Dutch, Flemish
- kantlijn Dutch, Flemish
- kettinglijn Dutch, Flemish
- kolenlijn Dutch, Flemish
- kustlijn Dutch, Flemish
- lijn Dutch, Flemish
- lijnen Dutch, Flemish
- lijnintegraal Dutch, Flemish
- lijnlading Dutch, Flemish
- lijnladingsdichtheid Dutch, Flemish
- lijnolie Dutch, Flemish
- lijnrecht Dutch, Flemish
- lijnstroom Dutch, Flemish
- lijnstroomdichtheid Dutch, Flemish
- lijnstuk Dutch, Flemish
- lijnvliegtuig Dutch, Flemish
- lijnvlucht Dutch, Flemish
- lijnzaad Dutch, Flemish
- linnen Dutch, Flemish
- loodlijn Dutch, Flemish
- middellijn Dutch, Flemish
- partijlijn Dutch, Flemish
- raaklijn Dutch, Flemish
- rechtlijnig Dutch, Flemish
- richtlijn Dutch, Flemish
- scheidingslijn Dutch, Flemish
- scheidlijn Dutch, Flemish
- scheidslijn Dutch, Flemish
- schroeflijn Dutch, Flemish
- spoorlijn Dutch, Flemish
- stroomlijn Dutch, Flemish
- telefoonlijn Dutch, Flemish
- tijdlijn Dutch, Flemish
- verhaallijn Dutch, Flemish
- vislijn Dutch, Flemish
- vlaggenlijn Dutch, Flemish
- vloedlijn Dutch, Flemish
- voeren Dutch, Flemish
- waslijn Dutch, Flemish
- lin Indonesian
- aenvoeren Middle Dutch
- līne Middle Dutch
- ლინი Georgian
- aan
- lijn
- voeren
- lijnen
- linnen
- waslijn
- vislijn
- buslijn
- baslijn
- kustlijn
- lijnolie
- loodlijn
- lijnstuk
- jaaglijn
- lijnzaad
- kantlijn
- tijdlijn
- raaklijn
- angellijn
- richtlijn
- aanlijnen
- lijnrecht
- spoorlijn
- aanvoeren
- kolenlijn
- vloedlijn
- scheidlijn
- stroomlijn
- lijnstroom
- lijnlading
- hondenlijn
- partijlijn
- aanvoerder
- lijnvlucht
- middellijn
- scheidslijn
- schroeflijn
- verhaallijn
- vlaggenlijn
- rechtlijnig
- kettinglijn
- telefoonlijn
- aandrijflijn
- gedachtelijn
- lijnvliegtuig
- lijnintegraal
- scheidingslijn
- lijnstroomdichtheid
- lijnladingsdichtheid