kernmacht
Dutch (Brabantic)
/ˈkɛrn.mɑxt/
noun
Definitions
- A nuclear power political or military entity with nuclear weaponry.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish kern (nucleus, core, nuclear) + Dutch, Flemish macht (power, might, force, potence).
Origin
Dutch (Brabantic)
macht
Gloss
power, might, force, potence
Concept
Semantic Field
Social and political relations
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
力
Emoji
🏋️ 💡
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- almacht Dutch, Flemish
- atoomkern Dutch, Flemish
- binnenkern Dutch, Flemish
- buitenkern Dutch, Flemish
- celkern Dutch, Flemish
- dadelkern Dutch, Flemish
- deuteriumkern Dutch, Flemish
- grootmacht Dutch, Flemish
- hoofdmacht Dutch, Flemish
- interventiemacht Dutch, Flemish
- invasiemacht Dutch, Flemish
- kern Dutch, Flemish
- kernachtig Dutch, Flemish
- kernafval Dutch, Flemish
- kernbom Dutch, Flemish
- kerncentrale Dutch, Flemish
- kernenergie Dutch, Flemish
- kernfusie Dutch, Flemish
- kernfysica Dutch, Flemish
- kerngezin Dutch, Flemish
- kernkabinet Dutch, Flemish
- kernlis Dutch, Flemish
- kernonderzeeboot Dutch, Flemish
- kernproef Dutch, Flemish
- kernraket Dutch, Flemish
- kernramp Dutch, Flemish
- kernreactor Dutch, Flemish
- kernschaduw Dutch, Flemish
- kernsplijting Dutch, Flemish
- kernwapen Dutch, Flemish
- krijgsmacht Dutch, Flemish
- luchtmacht Dutch, Flemish
- macht Dutch, Flemish
- machteloos Dutch, Flemish
- machtig Dutch, Flemish
- machtsbelust Dutch, Flemish
- machtsfactor Dutch, Flemish
- machtsmisbruik Dutch, Flemish
- machtsovernemer Dutch, Flemish
- machtspartij Dutch, Flemish
- machtssfeer Dutch, Flemish
- machtsstrijd Dutch, Flemish
- machtsvacuüm Dutch, Flemish
- machtsverheffen Dutch, Flemish
- machtsverheffing Dutch, Flemish
- machtsvertoon Dutch, Flemish
- machtswellust Dutch, Flemish
- onmacht Dutch, Flemish
- overmacht Dutch, Flemish
- rechtsmacht Dutch, Flemish
- stadskern Dutch, Flemish
- supermacht Dutch, Flemish
- tritiumkern Dutch, Flemish
- troepenmacht Dutch, Flemish
- verdedigingsmacht Dutch, Flemish
- volmacht Dutch, Flemish
- vredesmacht Dutch, Flemish
- weermacht Dutch, Flemish
- wereldmacht Dutch, Flemish
- zeemacht Dutch, Flemish
- kerne Middle Dutch
- macht Middle Dutch
- kern
- macht
- almacht
- onmacht
- celkern
- machtig
- kernbom
- kernlis
- zeemacht
- kernramp
- volmacht
- kernproef
- weermacht
- kernfusie
- kernraket
- kernafval
- stadskern
- dadelkern
- atoomkern
- overmacht
- kernwapen
- kerngezin
- grootmacht
- kernachtig
- supermacht
- buitenkern
- kernfysica
- binnenkern
- hoofdmacht
- machteloos
- luchtmacht
- kernenergie
- wereldmacht
- machtssfeer
- rechtsmacht
- tritiumkern
- kernreactor
- krijgsmacht
- kernschaduw
- kernkabinet
- vredesmacht
- troepenmacht
- machtsbelust
- machtspartij
- machtsstrijd
- machtsfactor
- machtsvacuüm
- kerncentrale
- invasiemacht
- kernsplijting
- machtsvertoon
- machtswellust
- deuteriumkern
- machtsmisbruik
- machtsverheffen
- machtsovernemer
- interventiemacht
- kernonderzeeboot
- machtsverheffing
- verdedigingsmacht