doodbus
Dutch (Brabantic)
/ˈdoːt.bʏs/
noun
Definitions
- (obsolete) funerary urn
Etymology
Compound from Dutch, Flemish dood (death, dead) + Dutch, Flemish bus (bus, box, gun, firearm, cannon, omnibus, tin, motor bus, coach, van, firing chamber, container).
Origin
Dutch (Brabantic)
bus
Gloss
bus, box, gun, firearm, cannon, omnibus, tin, motor bus, coach, van, firing chamber, container
Concept
Semantic Field
Modern world
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
銃, 砲
Emoji
🚌 🚐 🚍️ 🚎 🚏 🚐
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- omnibus Latin
- archibugio Italian
- adresbus Dutch, Flemish
- autobus Dutch, Flemish
- bestelbus Dutch, Flemish
- besturingsbus Dutch, Flemish
- bibliobus Dutch, Flemish
- brievenbus Dutch, Flemish
- broodbus Dutch, Flemish
- bus Dutch, Flemish
- busbaan Dutch, Flemish
- busbestuurder Dutch, Flemish
- buschauffeur Dutch, Flemish
- buschauffeuse Dutch, Flemish
- busdrager Dutch, Flemish
- bushalte Dutch, Flemish
- bushok Dutch, Flemish
- bushuis Dutch, Flemish
- buskruit Dutch, Flemish
- buslijn Dutch, Flemish
- busmeester Dutch, Flemish
- busschieter Dutch, Flemish
- bussen Dutch, Flemish
- busstation Dutch, Flemish
- dode Dutch, Flemish
- dodelijk Dutch, Flemish
- dodenrijk Dutch, Flemish
- donderbus Dutch, Flemish
- dood Dutch, Flemish
- doodbidder Dutch, Flemish
- doodbliksemen Dutch, Flemish
- doodbloeden Dutch, Flemish
- doodboek Dutch, Flemish
- doodcedel Dutch, Flemish
- doodceel Dutch, Flemish
- dooddoener Dutch, Flemish
- doodeenvoudig Dutch, Flemish
- doodeng Dutch, Flemish
- doodgaan Dutch, Flemish
- doodgraver Dutch, Flemish
- doodklok Dutch, Flemish
- doodkoud Dutch, Flemish
- doodkrank Dutch, Flemish
- doodleuk Dutch, Flemish
- doodlopen Dutch, Flemish
- doodmoe Dutch, Flemish
- doodrijden Dutch, Flemish
- doodrijder Dutch, Flemish
- doods Dutch, Flemish
- doodsangst Dutch, Flemish
- doodsbang Dutch, Flemish
- doodsbed Dutch, Flemish
- doodsbedreiging Dutch, Flemish
- doodsbleek Dutch, Flemish
- doodsengel Dutch, Flemish
- doodseskader Dutch, Flemish
- doodsgevaar Dutch, Flemish
- doodshoofd Dutch, Flemish
- doodskamp Dutch, Flemish
- doodskist Dutch, Flemish
- doodsklok Dutch, Flemish
- doodskop Dutch, Flemish
- doodslag Dutch, Flemish
- doodsmaal Dutch, Flemish
- doodsmoe Dutch, Flemish
- doodsoorzaak Dutch, Flemish
- doodsstond Dutch, Flemish
- doodsstrijd Dutch, Flemish
- doodstil Dutch, Flemish
- doodstraf Dutch, Flemish
- doodstrijd Dutch, Flemish
- doodsverachting Dutch, Flemish
- doodswens Dutch, Flemish
- doodtij Dutch, Flemish
- doodvonnis Dutch, Flemish
- doodziek Dutch, Flemish
- doodzonde Dutch, Flemish
- haakbus Dutch, Flemish
- hersendood Dutch, Flemish
- hongerdood Dutch, Flemish
- kruisdood Dutch, Flemish
- monddood Dutch, Flemish
- nachtbus Dutch, Flemish
- pendelbus Dutch, Flemish
- postbus Dutch, Flemish
- schoolbus Dutch, Flemish
- schrootbus Dutch, Flemish
- stadsbus Dutch, Flemish
- stembus Dutch, Flemish
- taaldood Dutch, Flemish
- verdrinkingsdood Dutch, Flemish
- vuurdood Dutch, Flemish
- bis Indonesian
- bus Indonesian
- dôot Middle Dutch
- dood Afrikaans
- *bussa Old Dutch
- basy Malagasy
- bus
- dood
- dode
- doods
- bushok
- bussen
- busbaan
- haakbus
- bushuis
- postbus
- doodeng
- stembus
- doodtij
- autobus
- buslijn
- doodmoe
- broodbus
- bushalte
- doodgaan
- doodkoud
- dodelijk
- doodceel
- doodstil
- doodboek
- doodklok
- nachtbus
- doodskop
- adresbus
- vuurdood
- taaldood
- doodleuk
- doodsbed
- buskruit
- doodslag
- stadsbus
- doodsmoe
- doodziek
- monddood
- doodzonde
- busdrager
- doodskamp
- dodenrijk
- doodsmaal
- doodstraf
- schoolbus
- bibliobus
- pendelbus
- doodskist
- donderbus
- doodcedel
- kruisdood
- bestelbus
- doodsbang
- doodkrank
- doodswens
- doodlopen
- doodsklok
- doodsengel
- doodrijden
- brievenbus
- busmeester
- doodstrijd
- dooddoener
- busstation
- hersendood
- doodsangst
- doodgraver
- doodbidder
- doodsstond
- hongerdood
- doodvonnis
- doodrijder
- doodshoofd
- schrootbus
- doodsbleek
- doodbloeden
- doodsgevaar
- busschieter
- doodsstrijd
- doodsoorzaak
- doodseskader
- buschauffeur
- besturingsbus
- doodbliksemen
- buschauffeuse
- doodeenvoudig
- busbestuurder
- doodsbedreiging
- doodsverachting
- verdrinkingsdood