beurshandel
Dutch (Brabantic)
/ˈbøːrsˌɦɑn.dəl/
noun
Definitions
- (chiefly) exchange trading, stock trade
Etymology
Compound from Dutch, Flemish beurs (stock exchange, purse, grant, exchange, bursary) + Dutch, Flemish handel (trade, business, commerce, enterprise).
Origin
Dutch (Brabantic)
handel
Gloss
trade, business, commerce, enterprise
Concept
Semantic Field
Possession
Ontological Category
Action/Process
Kanji
商, 貿
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- bursa Latin
- Börse German
- aandelenbeurs Dutch, Flemish
- actiehandel Dutch, Flemish
- actiënhandel Dutch, Flemish
- basisbeurs Dutch, Flemish
- beurs Dutch, Flemish
- beurskrach Dutch, Flemish
- beurzensnijder Dutch, Flemish
- binnenbeurs Dutch, Flemish
- boekhandel Dutch, Flemish
- detailhandel Dutch, Flemish
- emissiehandel Dutch, Flemish
- geldhandel Dutch, Flemish
- groothandel Dutch, Flemish
- handel Dutch, Flemish
- handelsafgunst Dutch, Flemish
- handelsbetrekking Dutch, Flemish
- handelsembargo Dutch, Flemish
- handelsgenoot Dutch, Flemish
- handelsgewas Dutch, Flemish
- handelsmerk Dutch, Flemish
- handelsnatie Dutch, Flemish
- handelsnederzetting Dutch, Flemish
- handelsoorlog Dutch, Flemish
- handelspartner Dutch, Flemish
- handelspost Dutch, Flemish
- handelsschip Dutch, Flemish
- handelsstad Dutch, Flemish
- handelsvaart Dutch, Flemish
- handelsverkeer Dutch, Flemish
- handelsvloot Dutch, Flemish
- handelswaar Dutch, Flemish
- jaarbeurs Dutch, Flemish
- kinderhandel Dutch, Flemish
- kleinhandel Dutch, Flemish
- koehandel Dutch, Flemish
- koeienhandel Dutch, Flemish
- kunsthandel Dutch, Flemish
- mensenhandel Dutch, Flemish
- morshandel Dutch, Flemish
- nabeurs Dutch, Flemish
- optiebeurs Dutch, Flemish
- slavenhandel Dutch, Flemish
- sluikhandel Dutch, Flemish
- studiebeurs Dutch, Flemish
- voorbeurs Dutch, Flemish
- vrijhandel Dutch, Flemish
- vrouwenhandel Dutch, Flemish
- wapenhandel Dutch, Flemish
- wereldhandel Dutch, Flemish
- windhandel Dutch, Flemish
- bourse French
- børs Danish
- bourse Old French
- borse Middle Dutch
- beurs Western Frisian
- beurs
- handel
- nabeurs
- jaarbeurs
- koehandel
- voorbeurs
- geldhandel
- optiebeurs
- morshandel
- beurskrach
- boekhandel
- basisbeurs
- vrijhandel
- windhandel
- handelswaar
- handelsmerk
- groothandel
- handelspost
- studiebeurs
- sluikhandel
- kleinhandel
- actiehandel
- handelsstad
- kunsthandel
- binnenbeurs
- wapenhandel
- detailhandel
- handelsnatie
- actiënhandel
- slavenhandel
- mensenhandel
- wereldhandel
- handelsschip
- handelsgewas
- handelsvloot
- koeienhandel
- handelsvaart
- kinderhandel
- handelsgenoot
- aandelenbeurs
- vrouwenhandel
- emissiehandel
- handelsoorlog
- handelspartner
- handelsverkeer
- handelsembargo
- beurzensnijder
- handelsafgunst
- handelsbetrekking
- handelsnederzetting