staatzucht
Dutch (Brabantic)
/ˈstaːt.sʏxt/
noun
Definitions
- fierce or even obsessive drive to achieve status
Etymology
Compound from Dutch, Flemish staat (state) + Dutch, Flemish zucht (pathological desire, desire, illness, sickness).
Origin
Dutch (Brabantic)
zucht
Gloss
pathological desire, desire, illness, sickness
Concept
Semantic Field
Emotions and values
Ontological Category
Action/Process
Kanji
欲
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Staatsbewind Dutch, Flemish
- bemoeizucht Dutch, Flemish
- blauwzucht Dutch, Flemish
- boekenzucht Dutch, Flemish
- bondsstaat Dutch, Flemish
- bondstaat Dutch, Flemish
- deelstaat Dutch, Flemish
- drankzucht Dutch, Flemish
- dwergstaat Dutch, Flemish
- eenheidsstaat Dutch, Flemish
- eenstaatoplossing Dutch, Flemish
- eilandstaat Dutch, Flemish
- geelzucht Dutch, Flemish
- gelijkstaat Dutch, Flemish
- genotzucht Dutch, Flemish
- hebzucht Dutch, Flemish
- heerszucht Dutch, Flemish
- heilstaat Dutch, Flemish
- ijverzucht Dutch, Flemish
- kwartierstaat Dutch, Flemish
- lidstaat Dutch, Flemish
- nachtwakersstaat Dutch, Flemish
- narcostaat Dutch, Flemish
- natiestaat Dutch, Flemish
- oliestaat Dutch, Flemish
- oorlogzucht Dutch, Flemish
- politiestaat Dutch, Flemish
- rechtsstaat Dutch, Flemish
- regeerzucht Dutch, Flemish
- roofzucht Dutch, Flemish
- satellietstaat Dutch, Flemish
- schimpzucht Dutch, Flemish
- schraapzucht Dutch, Flemish
- schurkenstaat Dutch, Flemish
- speelzucht Dutch, Flemish
- spilzucht Dutch, Flemish
- staat Dutch, Flemish
- staathuishoudkunde Dutch, Flemish
- staatkunde Dutch, Flemish
- staatsbegrafenis Dutch, Flemish
- staatsbestel Dutch, Flemish
- staatsbezoek Dutch, Flemish
- staatsburger Dutch, Flemish
- staatsgeheim Dutch, Flemish
- staatsgreep Dutch, Flemish
- staatsgrijper Dutch, Flemish
- staatshoofd Dutch, Flemish
- staatsingrijpen Dutch, Flemish
- staatskerk Dutch, Flemish
- staatsmijn Dutch, Flemish
- staatsschuld Dutch, Flemish
- staatssecretaris Dutch, Flemish
- staatsterreur Dutch, Flemish
- staatsvijand Dutch, Flemish
- staatszender Dutch, Flemish
- stadstaat Dutch, Flemish
- statenbond Dutch, Flemish
- statig Dutch, Flemish
- statuszucht Dutch, Flemish
- vazalstaat Dutch, Flemish
- vernielzucht Dutch, Flemish
- vertrekstaat Dutch, Flemish
- verzamelzucht Dutch, Flemish
- verzorgingsstaat Dutch, Flemish
- vetzucht Dutch, Flemish
- vraatzucht Dutch, Flemish
- vrijstaat Dutch, Flemish
- waterstaat Dutch, Flemish
- welvaartsstaat Dutch, Flemish
- winzucht Dutch, Flemish
- zeestaat Dutch, Flemish
- zelfzucht Dutch, Flemish
- zucht Dutch, Flemish
- *steh₂- Proto-Indo-European
- negara bagian Indonesian
- setat Indonesian
- staet Middle Dutch
- sucht Middle Dutch
- staat Afrikaans
- marionettenstaat Chinese
- soktu Sranan Tongo
- staat
- zucht
- statig
- vetzucht
- lidstaat
- winzucht
- zeestaat
- hebzucht
- heilstaat
- oliestaat
- deelstaat
- bondstaat
- stadstaat
- geelzucht
- vrijstaat
- roofzucht
- zelfzucht
- spilzucht
- genotzucht
- heerszucht
- statenbond
- vraatzucht
- speelzucht
- narcostaat
- natiestaat
- waterstaat
- bondsstaat
- blauwzucht
- staatsmijn
- vazalstaat
- ijverzucht
- dwergstaat
- staatskerk
- staatkunde
- drankzucht
- statuszucht
- oorlogzucht
- staatsgreep
- rechtsstaat
- eilandstaat
- schimpzucht
- bemoeizucht
- boekenzucht
- regeerzucht
- staatshoofd
- gelijkstaat
- staatsburger
- staatsbezoek
- vertrekstaat
- staatsbestel
- Staatsbewind
- staatsvijand
- schraapzucht
- staatsschuld
- staatsgeheim
- staatszender
- vernielzucht
- politiestaat
- staatsgrijper
- kwartierstaat
- verzamelzucht
- staatsterreur
- schurkenstaat
- eenheidsstaat
- welvaartsstaat
- satellietstaat
- staatsingrijpen
- staatssecretaris
- verzorgingsstaat
- staatsbegrafenis
- nachtwakersstaat
- eenstaatoplossing
- staathuishoudkunde