oorlogsschip
Dutch (Brabantic)
/ˈoːr.lɔxˌsxɪp/
noun
Definitions
- warship, combat ship
Etymology
Compound from Dutch, Flemish oorlog (war) + Dutch, Flemish schip (ship).
Origin
Dutch (Brabantic)
schip
Gloss
ship
Concept
Semantic Field
Motion
Ontological Category
Classifier
Emoji
⚓️ ⛵️ 🚢 🚤 🛥️ 🛳️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Koreaoorlog Dutch, Flemish
- Russenoorlog Dutch, Flemish
- Vietnamoorlog Dutch, Flemish
- Vikingschip Dutch, Flemish
- achterschip Dutch, Flemish
- ballastscheeps Dutch, Flemish
- bendeoorlog Dutch, Flemish
- beurtschip Dutch, Flemish
- bevrijdingsoorlog Dutch, Flemish
- bewegingsoorlog Dutch, Flemish
- binnenschip Dutch, Flemish
- binnenvaartschip Dutch, Flemish
- bliksemoorlog Dutch, Flemish
- boorschip Dutch, Flemish
- brandschip Dutch, Flemish
- burgeroorlog Dutch, Flemish
- cruiseschip Dutch, Flemish
- fluitschip Dutch, Flemish
- godsdienstoorlog Dutch, Flemish
- grensoorlog Dutch, Flemish
- handelsoorlog Dutch, Flemish
- handelsschip Dutch, Flemish
- heilige oorlog Dutch, Flemish
- hospitaalkerkschip Dutch, Flemish
- hospitaalschip Dutch, Flemish
- kaperschip Dutch, Flemish
- kleinscheeps Dutch, Flemish
- kofschip Dutch, Flemish
- koopvaardijschip Dutch, Flemish
- kruitschip Dutch, Flemish
- lastschip Dutch, Flemish
- lichtschip Dutch, Flemish
- loopgravenoorlog Dutch, Flemish
- luchtschip Dutch, Flemish
- mediaoorlog Dutch, Flemish
- moederschip Dutch, Flemish
- motorschip Dutch, Flemish
- munitieschip Dutch, Flemish
- naoorlogs Dutch, Flemish
- narrenschip Dutch, Flemish
- oorlog Dutch, Flemish
- oorlogen Dutch, Flemish
- oorlogsbodem Dutch, Flemish
- oorlogscensuur Dutch, Flemish
- oorlogscorrespondent Dutch, Flemish
- oorlogsfeit Dutch, Flemish
- oorlogsgebied Dutch, Flemish
- oorlogsgevangene Dutch, Flemish
- oorlogsgeweld Dutch, Flemish
- oorlogshandeling Dutch, Flemish
- oorlogsheld Dutch, Flemish
- oorlogskreet Dutch, Flemish
- oorlogsmachine Dutch, Flemish
- oorlogsmisdaad Dutch, Flemish
- oorlogsmisdadiger Dutch, Flemish
- oorlogsmisdrijf Dutch, Flemish
- oorlogsmonument Dutch, Flemish
- oorlogsschatting Dutch, Flemish
- oorlogstrom Dutch, Flemish
- oorlogsverf Dutch, Flemish
- oorlogsverklaring Dutch, Flemish
- oorlogsverleden Dutch, Flemish
- oorlogsverslaggever Dutch, Flemish
- oorlogsveteraan Dutch, Flemish
- oorlogvoerend Dutch, Flemish
- oorlogzucht Dutch, Flemish
- opleidingsschip Dutch, Flemish
- opschepen Dutch, Flemish
- piratenschip Dutch, Flemish
- prijsschip Dutch, Flemish
- raderschip Dutch, Flemish
- ramschip Dutch, Flemish
- rivierschip Dutch, Flemish
- roversschip Dutch, Flemish
- ruimteschip Dutch, Flemish
- scheepbouw Dutch, Flemish
- scheepsanker Dutch, Flemish
- scheepsbel Dutch, Flemish
- scheepsbemanning Dutch, Flemish
- scheepsblok Dutch, Flemish
- scheepsboot Dutch, Flemish
- scheepsbouw Dutch, Flemish
- scheepsbouwer Dutch, Flemish
- scheepsgenoot Dutch, Flemish
- scheepshuid Dutch, Flemish
- scheepsjongen Dutch, Flemish
- scheepsjournaal Dutch, Flemish
- scheepskameel Dutch, Flemish
- scheepskanon Dutch, Flemish
- scheepskok Dutch, Flemish
- scheepslog Dutch, Flemish
- scheepsmast Dutch, Flemish
- scheepsramp Dutch, Flemish
- scheepsromp Dutch, Flemish
- scheepsruim Dutch, Flemish
- scheepsschroef Dutch, Flemish
- scheepsvracht Dutch, Flemish
- scheepswerf Dutch, Flemish
- scheepswrak Dutch, Flemish
- scheepvaart Dutch, Flemish
- schip Dutch, Flemish
- schipbreuk Dutch, Flemish
- schipper Dutch, Flemish
- schommelschip Dutch, Flemish
- slagschip Dutch, Flemish
- slavenschip Dutch, Flemish
- spookschip Dutch, Flemish
- stellingenoorlog Dutch, Flemish
- tankoorlog Dutch, Flemish
- tweefrontenoorlog Dutch, Flemish
- uitputtingsoorlog Dutch, Flemish
- vissersschip Dutch, Flemish
- vlaggenschip Dutch, Flemish
- vliegdekschip Dutch, Flemish
- vliegkampschip Dutch, Flemish
- vooroorlogs Dutch, Flemish
- voorraadschip Dutch, Flemish
- vrachtschip Dutch, Flemish
- wereldoorlog Dutch, Flemish
- zeeoorlog Dutch, Flemish
- zeeroversschip Dutch, Flemish
- zeeschip Dutch, Flemish
- zenuwenoorlog Dutch, Flemish
- zenuwoorlog Dutch, Flemish
- orloge Middle Dutch
- schip Middle Dutch
- oorlog Afrikaans
- skip Afrikaans
- schip
- oorlog
- zeeschip
- oorlogen
- ramschip
- schipper
- kofschip
- zeeoorlog
- naoorlogs
- slagschip
- lastschip
- boorschip
- opschepen
- scheepsbel
- scheepskok
- luchtschip
- prijsschip
- lichtschip
- raderschip
- tankoorlog
- fluitschip
- schipbreuk
- brandschip
- scheepslog
- kruitschip
- scheepbouw
- kaperschip
- beurtschip
- spookschip
- motorschip
- Koreaoorlog
- scheepsboot
- oorlogstrom
- scheepsbouw
- scheepswerf
- scheepshuid
- oorlogsfeit
- Vikingschip
- ruimteschip
- grensoorlog
- roversschip
- oorlogsverf
- narrenschip
- scheepsmast
- scheepsruim
- zenuwoorlog
- binnenschip
- scheepsromp
- achterschip
- mediaoorlog
- bendeoorlog
- cruiseschip
- oorlogzucht
- vrachtschip
- scheepvaart
- scheepswrak
- scheepsramp
- slavenschip
- oorlogsheld
- rivierschip
- vooroorlogs
- scheepsblok
- moederschip
- scheepsanker
- wereldoorlog
- handelsschip
- Russenoorlog
- vissersschip
- burgeroorlog
- scheepskanon
- kleinscheeps
- piratenschip
- oorlogsbodem
- oorlogskreet
- munitieschip
- vlaggenschip
- schommelschip
- voorraadschip
- oorlogsgeweld
- scheepsgenoot
- Vietnamoorlog
- oorlogsgebied
- scheepsbouwer
- bliksemoorlog
- zenuwenoorlog
- vliegdekschip
- scheepskameel
- oorlogvoerend
- scheepsvracht
- scheepsjongen
- handelsoorlog
- oorlogscensuur
- oorlogsmisdaad
- vliegkampschip
- heilige oorlog
- zeeroversschip
- ballastscheeps
- hospitaalschip
- scheepsschroef
- oorlogsmachine
- oorlogsmisdrijf
- oorlogsmonument
- oorlogsverleden
- bewegingsoorlog
- oorlogsveteraan
- opleidingsschip
- scheepsjournaal
- oorlogshandeling
- binnenvaartschip
- loopgravenoorlog
- oorlogsgevangene
- koopvaardijschip
- oorlogsschatting
- godsdienstoorlog
- scheepsbemanning
- stellingenoorlog
- tweefrontenoorlog
- oorlogsmisdadiger
- bevrijdingsoorlog
- uitputtingsoorlog
- oorlogsverklaring
- hospitaalkerkschip
- oorlogsverslaggever
- oorlogscorrespondent