kerkbestuur
Dutch (Brabantic)
noun
Definitions
- church administration
Etymology
Affix from Dutch, Flemish kerk (church) + Dutch, Flemish bestuur (administration, governing, government, governance, management, board, governing board).
Origin
Dutch (Brabantic)
bestuur
Gloss
administration, governing, government, governance, management, board, governing board
Concept
Semantic Field
Modern world
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
営
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Oudkerkslavisch Dutch, Flemish
- Ridderkerk Dutch, Flemish
- abdijkerk Dutch, Flemish
- bestuur Dutch, Flemish
- bestuurlijk Dutch, Flemish
- bestuursambtenaar Dutch, Flemish
- bestuursapparaat Dutch, Flemish
- bestuursdienst Dutch, Flemish
- bestuurslui Dutch, Flemish
- bestuurstaal Dutch, Flemish
- bestuursvergadering Dutch, Flemish
- bestuursvorm Dutch, Flemish
- domkerk Dutch, Flemish
- dorpskerk Dutch, Flemish
- gemeentebestuur Dutch, Flemish
- hospitaalkerkschip Dutch, Flemish
- huiskerk Dutch, Flemish
- jodenkerk Dutch, Flemish
- kerk Dutch, Flemish
- kerkasiel Dutch, Flemish
- kerkbank Dutch, Flemish
- kerkburcht Dutch, Flemish
- kerkdeur Dutch, Flemish
- kerkdienst Dutch, Flemish
- kerkdorp Dutch, Flemish
- kerkelijk Dutch, Flemish
- kerkendom Dutch, Flemish
- kerkfabriek Dutch, Flemish
- kerkganger Dutch, Flemish
- kerkgebruik Dutch, Flemish
- kerkgenootschap Dutch, Flemish
- kerkhistoricus Dutch, Flemish
- kerkhof Dutch, Flemish
- kerkklok Dutch, Flemish
- kerkkoor Dutch, Flemish
- kerkorde Dutch, Flemish
- kerkorgel Dutch, Flemish
- kerks Dutch, Flemish
- kerkschuur Dutch, Flemish
- kerkstuk Dutch, Flemish
- kerktoren Dutch, Flemish
- kerktuin Dutch, Flemish
- kerkuil Dutch, Flemish
- kerkvader Dutch, Flemish
- kerkvergadering Dutch, Flemish
- kerkvoogd Dutch, Flemish
- kerkvorst Dutch, Flemish
- kerkzaal Dutch, Flemish
- kinderkerk Dutch, Flemish
- kruiskerk Dutch, Flemish
- rijksbestuur Dutch, Flemish
- schoolbestuur Dutch, Flemish
- schuilkerk Dutch, Flemish
- schuurkerk Dutch, Flemish
- staafkerk Dutch, Flemish
- staanderkerk Dutch, Flemish
- staatskerk Dutch, Flemish
- stadsbestuur Dutch, Flemish
- waterstaatskerk Dutch, Flemish
- weerkerk Dutch, Flemish
- zaalkerk Dutch, Flemish
- bestir Indonesian
- kerke Middle Dutch
- kerk Afrikaans
- kerki Sranan Tongo
- kerk
- kerks
- bestuur
- kerkuil
- domkerk
- kerkhof
- kerkzaal
- kerkkoor
- zaalkerk
- kerktuin
- kerkklok
- huiskerk
- kerkorde
- kerkdorp
- kerkbank
- kerkdeur
- weerkerk
- kerkstuk
- kerkvader
- kruiskerk
- kerkvoogd
- kerkorgel
- jodenkerk
- staafkerk
- dorpskerk
- kerkvorst
- kerkelijk
- kerkasiel
- abdijkerk
- kerktoren
- kerkendom
- kerkburcht
- schuurkerk
- kerkganger
- Ridderkerk
- kerkschuur
- kinderkerk
- staatskerk
- kerkdienst
- schuilkerk
- kerkgebruik
- bestuurlijk
- kerkfabriek
- bestuurslui
- bestuurstaal
- stadsbestuur
- bestuursvorm
- staanderkerk
- rijksbestuur
- schoolbestuur
- bestuursdienst
- kerkhistoricus
- kerkvergadering
- waterstaatskerk
- Oudkerkslavisch
- kerkgenootschap
- gemeentebestuur
- bestuursapparaat
- bestuursambtenaar
- hospitaalkerkschip
- bestuursvergadering