grootoorvos
Dutch (Brabantic)
/ˈɣroːt.oːrˌvɔs/
noun
Definitions
- bat-eared fox (Otocyon megalotis)
Etymology
Compound from Dutch, Flemish groot (big, great, large, grand, grand-, stour, adult) + Dutch, Flemish oor (ear, handle, original)+ Dutch, Flemish vos (fox).
Origin
Dutch (Brabantic)
vos
Gloss
fox
Concept
Semantic Field
Animals
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
狐
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Azaravos Dutch, Flemish
- Grootoosten Dutch, Flemish
- balorig Dutch, Flemish
- bloemkooloor Dutch, Flemish
- de Vos Dutch, Flemish
- dikoor Dutch, Flemish
- domoor Dutch, Flemish
- ezelsoor Dutch, Flemish
- groot Dutch, Flemish
- grootbrengen Dutch, Flemish
- grootcommandeur Dutch, Flemish
- grootduizend Dutch, Flemish
- grootgrondbezitter Dutch, Flemish
- grootgrutter Dutch, Flemish
- groothandel Dutch, Flemish
- grootheid Dutch, Flemish
- groothoeklens Dutch, Flemish
- groothonderd Dutch, Flemish
- grootindustrieel Dutch, Flemish
- grootkapitaal Dutch, Flemish
- grootmacht Dutch, Flemish
- grootmeester Dutch, Flemish
- grootmoedig Dutch, Flemish
- grootoorkitvos Dutch, Flemish
- grootschalig Dutch, Flemish
- grootstad Dutch, Flemish
- grootte Dutch, Flemish
- grootvee Dutch, Flemish
- grootvorst Dutch, Flemish
- grootvorstendom Dutch, Flemish
- grootvorstin Dutch, Flemish
- grootzeil Dutch, Flemish
- grootzwaard Dutch, Flemish
- langoor Dutch, Flemish
- middelgroot Dutch, Flemish
- moervos Dutch, Flemish
- oor Dutch, Flemish
- oorbel Dutch, Flemish
- oordop Dutch, Flemish
- oorkussen Dutch, Flemish
- oorlel Dutch, Flemish
- oormerk Dutch, Flemish
- oormijt Dutch, Flemish
- oorring Dutch, Flemish
- oorrob Dutch, Flemish
- oorschelp Dutch, Flemish
- oorsmeer Dutch, Flemish
- oorveeg Dutch, Flemish
- oorvijg Dutch, Flemish
- orenmaffia Dutch, Flemish
- overgroot- Dutch, Flemish
- poolvos Dutch, Flemish
- schoolvos Dutch, Flemish
- sloddervos Dutch, Flemish
- steppevos Dutch, Flemish
- vos Dutch, Flemish
- voshaai Dutch, Flemish
- voskleurig Dutch, Flemish
- vossin Dutch, Flemish
- woestijnvos Dutch, Flemish
- zandvos Dutch, Flemish
- zeeoor Dutch, Flemish
- zilvervos Dutch, Flemish
- grôot Middle Dutch
- ore Middle Dutch
- vos Middle Dutch
- groot Afrikaans
- oor Afrikaans
- vos Afrikaans
- vos
- oor
- groot
- vossin
- de Vos
- oorlel
- domoor
- dikoor
- oorbel
- oordop
- oorrob
- zeeoor
- oorvijg
- grootte
- langoor
- voshaai
- poolvos
- oormerk
- moervos
- balorig
- oorveeg
- zandvos
- oormijt
- oorring
- grootvee
- ezelsoor
- oorsmeer
- Azaravos
- schoolvos
- grootheid
- grootzeil
- steppevos
- oorschelp
- zilvervos
- grootstad
- oorkussen
- grootmacht
- voskleurig
- sloddervos
- overgroot-
- grootvorst
- orenmaffia
- groothandel
- grootmoedig
- woestijnvos
- Grootoosten
- grootzwaard
- middelgroot
- groothonderd
- grootvorstin
- grootbrengen
- grootmeester
- grootschalig
- grootgrutter
- grootduizend
- bloemkooloor
- grootkapitaal
- groothoeklens
- grootoorkitvos
- grootcommandeur
- grootvorstendom
- grootindustrieel
- grootgrondbezitter