buikpijn
Dutch (Brabantic)
/ˈbœy̯k.pɛi̯n/
noun
Definitions
- bellyache, stomachache
Etymology
Compound from Dutch, Flemish buik (belly, abdomen, stomach) + Dutch, Flemish pijn (pain, ache, pine).
Origin
Dutch (Brabantic)
pijn
Gloss
pain, ache, pine
Concept
Semantic Field
The body
Ontological Category
Other
Kanji
松
Emoji
🖌️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- balgpijn Dutch, Flemish
- bierbuik Dutch, Flemish
- bierpens Dutch, Flemish
- bovenbuik Dutch, Flemish
- buik Dutch, Flemish
- buikdans Dutch, Flemish
- buikdienaar Dutch, Flemish
- buikdienst Dutch, Flemish
- buikdrager Dutch, Flemish
- buikgriep Dutch, Flemish
- buikholte Dutch, Flemish
- buikloop Dutch, Flemish
- buikschuiver Dutch, Flemish
- buikspraak Dutch, Flemish
- buikspreken Dutch, Flemish
- buiktyfus Dutch, Flemish
- buikvet Dutch, Flemish
- buikvin Dutch, Flemish
- buikvlies Dutch, Flemish
- buikvloed Dutch, Flemish
- buikwand Dutch, Flemish
- buikwind Dutch, Flemish
- buikworm Dutch, Flemish
- groeipijn Dutch, Flemish
- hartenpijn Dutch, Flemish
- hoofdpijn Dutch, Flemish
- inlooppijn Dutch, Flemish
- keelpijn Dutch, Flemish
- kiespijn Dutch, Flemish
- maagpijn Dutch, Flemish
- onderbuik Dutch, Flemish
- pijn Dutch, Flemish
- pijnappel Dutch, Flemish
- pijnbank Dutch, Flemish
- pijnboom Dutch, Flemish
- pijnlijk Dutch, Flemish
- pijnloos Dutch, Flemish
- pijnstiller Dutch, Flemish
- pijnvrij Dutch, Flemish
- scheurbuik Dutch, Flemish
- spekbuik Dutch, Flemish
- startpijn Dutch, Flemish
- tandpijn Dutch, Flemish
- uitbuiken Dutch, Flemish
- zadelpijn Dutch, Flemish
- buuc Middle Dutch
- pine Middle Dutch
- pyn Afrikaans
- pijn
- buik
- buikvet
- buikvin
- bierpens
- pijnboom
- buikloop
- pijnbank
- pijnloos
- pijnvrij
- tandpijn
- buikworm
- kiespijn
- buikdans
- buikwand
- spekbuik
- bierbuik
- maagpijn
- keelpijn
- buikwind
- pijnlijk
- balgpijn
- buikholte
- pijnappel
- buikvlies
- buikgriep
- groeipijn
- uitbuiken
- zadelpijn
- buiktyfus
- bovenbuik
- startpijn
- hoofdpijn
- onderbuik
- buikvloed
- buikspraak
- buikdienst
- hartenpijn
- buikdrager
- inlooppijn
- scheurbuik
- pijnstiller
- buikspreken
- buikdienaar
- buikschuiver