postkaart
Dutch (Brabantic)
/ˈpɔst.kaːrt/
noun
Definitions
- (now) postcard, especially one with a picture
Etymology
Compound from Dutch, Flemish post (post, mail) + Dutch, Flemish kaart (card, map, document).
Origin
Dutch (Brabantic)
kaart
Gloss
card, map, document
Concept
Semantic Field
Modern world
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
♠️ ♣️ ♥️ ♦️ 🃏 🎴 💳️ 📇 🗂️ 🗃️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- briefkaart Dutch, Flemish
- cadeaukaart Dutch, Flemish
- deurpost Dutch, Flemish
- doorlaatpost Dutch, Flemish
- exprespost Dutch, Flemish
- fietskaart Dutch, Flemish
- fonopost Dutch, Flemish
- geluidskaart Dutch, Flemish
- handelspost Dutch, Flemish
- hemelkaart Dutch, Flemish
- identiteitskaart Dutch, Flemish
- kaart Dutch, Flemish
- kaarten Dutch, Flemish
- kaartenbak Dutch, Flemish
- kaartenboek Dutch, Flemish
- kaartenhuis Dutch, Flemish
- kaartspel Dutch, Flemish
- kerstkaart Dutch, Flemish
- klantenkaart Dutch, Flemish
- kredietkaart Dutch, Flemish
- landkaart Dutch, Flemish
- lastpost Dutch, Flemish
- luchtpost Dutch, Flemish
- observatiepost Dutch, Flemish
- post Dutch, Flemish
- postadres Dutch, Flemish
- postbezorger Dutch, Flemish
- postbode Dutch, Flemish
- postbus Dutch, Flemish
- postcode Dutch, Flemish
- postdienst Dutch, Flemish
- postduif Dutch, Flemish
- posten Dutch, Flemish
- posterij Dutch, Flemish
- posthoorn Dutch, Flemish
- postkantoor Dutch, Flemish
- postkoets Dutch, Flemish
- postorder Dutch, Flemish
- poststuk Dutch, Flemish
- postzak Dutch, Flemish
- privé-post Dutch, Flemish
- privépost Dutch, Flemish
- rouwkaart Dutch, Flemish
- ruilkaart Dutch, Flemish
- spijskaart Dutch, Flemish
- staalkaart Dutch, Flemish
- steekkaart Dutch, Flemish
- strippenkaart Dutch, Flemish
- toegangskaart Dutch, Flemish
- troefkaart Dutch, Flemish
- uitkijkpost Dutch, Flemish
- wachtpost Dutch, Flemish
- wandkaart Dutch, Flemish
- weerkaart Dutch, Flemish
- wegenkaart Dutch, Flemish
- wereldkaart Dutch, Flemish
- carta Portuguese
- pos Indonesian
- cāerte Middle Dutch
- kaart Afrikaans
- poste Middle French
- post
- kaart
- posten
- postzak
- postbus
- kaarten
- postduif
- postbode
- postcode
- fonopost
- lastpost
- posterij
- deurpost
- poststuk
- rouwkaart
- posthoorn
- weerkaart
- landkaart
- postkoets
- wachtpost
- wandkaart
- luchtpost
- privépost
- kaartspel
- ruilkaart
- postadres
- postorder
- fietskaart
- exprespost
- privé-post
- steekkaart
- postdienst
- briefkaart
- hemelkaart
- staalkaart
- spijskaart
- kaartenbak
- kerstkaart
- wegenkaart
- troefkaart
- cadeaukaart
- handelspost
- wereldkaart
- postkantoor
- uitkijkpost
- kaartenboek
- kaartenhuis
- doorlaatpost
- postbezorger
- geluidskaart
- klantenkaart
- kredietkaart
- strippenkaart
- toegangskaart
- observatiepost
- identiteitskaart