steekkaart
Dutch (Brabantic)
/ˈsteː.kaːrt/
noun
Definitions
- file card
Etymology
Compound from Dutch, Flemish steken (stab, sting, pierce, jab) + Dutch, Flemish kaart (card, map, document).
Origin
Dutch (Brabantic)
kaart
Gloss
card, map, document
Concept
Semantic Field
Modern world
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
♠️ ♣️ ♥️ ♦️ 🃏 🎴 💳️ 📇 🗂️ 🗃️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aansteken Dutch, Flemish
- afsteken Dutch, Flemish
- briefkaart Dutch, Flemish
- cadeaukaart Dutch, Flemish
- doorsteken Dutch, Flemish
- fietskaart Dutch, Flemish
- geluidskaart Dutch, Flemish
- hemelkaart Dutch, Flemish
- identiteitskaart Dutch, Flemish
- insteken Dutch, Flemish
- kaart Dutch, Flemish
- kaarten Dutch, Flemish
- kaartenbak Dutch, Flemish
- kaartenboek Dutch, Flemish
- kaartenhuis Dutch, Flemish
- kaartspel Dutch, Flemish
- kerstkaart Dutch, Flemish
- klantenkaart Dutch, Flemish
- kredietkaart Dutch, Flemish
- landkaart Dutch, Flemish
- neersteken Dutch, Flemish
- ontsteken Dutch, Flemish
- opsteken Dutch, Flemish
- postkaart Dutch, Flemish
- rouwkaart Dutch, Flemish
- ruilkaart Dutch, Flemish
- spijskaart Dutch, Flemish
- staalkaart Dutch, Flemish
- steekincident Dutch, Flemish
- steekkar Dutch, Flemish
- steekpalm Dutch, Flemish
- steekpenning Dutch, Flemish
- steekspel Dutch, Flemish
- steekwagen Dutch, Flemish
- steken Dutch, Flemish
- strippenkaart Dutch, Flemish
- toegangskaart Dutch, Flemish
- troefkaart Dutch, Flemish
- uitsteken Dutch, Flemish
- wandkaart Dutch, Flemish
- weerkaart Dutch, Flemish
- wegenkaart Dutch, Flemish
- wereldkaart Dutch, Flemish
- wormstekig Dutch, Flemish
- carta Portuguese
- cāerte Middle Dutch
- stēken Middle Dutch
- kaart Afrikaans
- staka Papiamentu
- kaart
- steken
- kaarten
- insteken
- afsteken
- opsteken
- steekkar
- rouwkaart
- weerkaart
- aansteken
- postkaart
- uitsteken
- landkaart
- ontsteken
- steekspel
- steekpalm
- wandkaart
- kaartspel
- ruilkaart
- fietskaart
- doorsteken
- briefkaart
- hemelkaart
- staalkaart
- spijskaart
- kaartenbak
- neersteken
- steekwagen
- kerstkaart
- wormstekig
- wegenkaart
- troefkaart
- cadeaukaart
- wereldkaart
- kaartenboek
- kaartenhuis
- steekpenning
- geluidskaart
- klantenkaart
- kredietkaart
- strippenkaart
- steekincident
- toegangskaart
- identiteitskaart