draagtas
Dutch (Brabantic)
/ˈdraːx.tɑs/
noun
Definitions
- A carry bag sturdy bag with handles or straps for carrying groceries, equipment, etc..
Etymology
Compound from Dutch, Flemish dragen (carry, stem of m, wear) + Dutch, Flemish tas (cup, bag).
Origin
Dutch (Brabantic)
tas
Gloss
cup, bag
Concept
Semantic Field
Food and drink
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
袋
Emoji
🍵 🍶
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aandragen Dutch, Flemish
- afdragen Dutch, Flemish
- aktentas Dutch, Flemish
- aktetas Dutch, Flemish
- bedragen Dutch, Flemish
- beugeltas Dutch, Flemish
- bijdragen Dutch, Flemish
- boodschappentas Dutch, Flemish
- diepvriestas Dutch, Flemish
- draagbaar Dutch, Flemish
- draagband Dutch, Flemish
- draagdoek Dutch, Flemish
- draaggolf Dutch, Flemish
- draagkoets Dutch, Flemish
- draagkracht Dutch, Flemish
- draaglijk Dutch, Flemish
- draagster Dutch, Flemish
- draagvlak Dutch, Flemish
- draagwijdte Dutch, Flemish
- dragen Dutch, Flemish
- fietsendrager Dutch, Flemish
- gedrag Dutch, Flemish
- gedragen Dutch, Flemish
- handtas Dutch, Flemish
- misdragen Dutch, Flemish
- naamdrager Dutch, Flemish
- opdragen Dutch, Flemish
- overdragen Dutch, Flemish
- roerdrager Dutch, Flemish
- rugtas Dutch, Flemish
- tas Dutch, Flemish
- toilettas Dutch, Flemish
- uitdragen Dutch, Flemish
- verdragen Dutch, Flemish
- veulendragend Dutch, Flemish
- voldragen Dutch, Flemish
- voordragen Dutch, Flemish
- tas Indonesian
- drāgen Middle Dutch
- tassche Middle Dutch
- dra Afrikaans
- tas
- gedrag
- rugtas
- dragen
- aktetas
- handtas
- bedragen
- aktentas
- afdragen
- gedragen
- opdragen
- toilettas
- draagband
- draagbaar
- voldragen
- draaglijk
- verdragen
- bijdragen
- draagster
- beugeltas
- aandragen
- draagdoek
- misdragen
- draagvlak
- uitdragen
- draaggolf
- voordragen
- naamdrager
- roerdrager
- draagkoets
- overdragen
- draagwijdte
- draagkracht
- diepvriestas
- veulendragend
- fietsendrager
- boodschappentas