tussenwerpen
Dutch (Brabantic)
verb
Definitions
- to throw between or among, to interject
Etymology
Compound from Dutch, Flemish tussen (between, in between, in-between) + Dutch, Flemish werpen (throw, cast).
Origin
Dutch (Brabantic)
werpen
Gloss
throw, cast
Concept
Semantic Field
Motion
Ontological Category
Action/Process
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aanwerpen Dutch, Flemish
- afwerpen Dutch, Flemish
- bewerpen Dutch, Flemish
- discuswerpen Dutch, Flemish
- granaatwerper Dutch, Flemish
- intussen Dutch, Flemish
- inwerpen Dutch, Flemish
- langwerpig Dutch, Flemish
- ondertussen Dutch, Flemish
- onderwerp Dutch, Flemish
- onderwerpen Dutch, Flemish
- ontwerpen Dutch, Flemish
- speerwerper Dutch, Flemish
- tegenwerpen Dutch, Flemish
- toewerpen Dutch, Flemish
- tussen Dutch, Flemish
- tussenbeide Dutch, Flemish
- tussendeur Dutch, Flemish
- tussendoor Dutch, Flemish
- tussenkomen Dutch, Flemish
- tussenkomst Dutch, Flemish
- tussenkop Dutch, Flemish
- tussenletter Dutch, Flemish
- tussenpaus Dutch, Flemish
- tussenpersoon Dutch, Flemish
- tussenpoos Dutch, Flemish
- tussenpunt Dutch, Flemish
- tussenstap Dutch, Flemish
- tussenstekker Dutch, Flemish
- tussenstop Dutch, Flemish
- tussentaal Dutch, Flemish
- tussentijd Dutch, Flemish
- tussentitel Dutch, Flemish
- tussenwerpsel Dutch, Flemish
- uitwerpen Dutch, Flemish
- verwerpen Dutch, Flemish
- vlammenwerper Dutch, Flemish
- voorwerp Dutch, Flemish
- wegwerpen Dutch, Flemish
- werpen Dutch, Flemish
- werper Dutch, Flemish
- werphout Dutch, Flemish
- werpmes Dutch, Flemish
- werpschijf Dutch, Flemish
- werpspies Dutch, Flemish
- werpster Dutch, Flemish
- twisschen Middle Dutch
- werpen Middle Dutch
- werper
- werpen
- tussen
- werpmes
- afwerpen
- inwerpen
- werphout
- voorwerp
- intussen
- bewerpen
- werpster
- werpspies
- toewerpen
- uitwerpen
- aanwerpen
- ontwerpen
- tussenkop
- verwerpen
- wegwerpen
- onderwerp
- tussenpoos
- tussendeur
- werpschijf
- tussenpunt
- tussendoor
- tussenstap
- tussentijd
- tussenpaus
- tussentaal
- tussenstop
- langwerpig
- tegenwerpen
- tussentitel
- tussenbeide
- tussenkomst
- ondertussen
- tussenkomen
- speerwerper
- onderwerpen
- discuswerpen
- tussenletter
- granaatwerper
- vlammenwerper
- tussenwerpsel
- tussenpersoon
- tussenstekker