hoogdoorlaatfilter
Dutch (Brabantic)
noun
Definitions
- (electronics) high-pass filter
Etymology
Compound from Dutch, Flemish hoog (high) + Dutch, Flemish doorlaten (let pass)+ Dutch, Flemish filter.
Origin
Dutch (Brabantic)
filter
Gloss
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Hoogduits Dutch, Flemish
- banddoorlaatfilter Dutch, Flemish
- bandsperfilter Dutch, Flemish
- door Dutch, Flemish
- doorlaatpost Dutch, Flemish
- doorlaten Dutch, Flemish
- filter Dutch, Flemish
- filtervoeder Dutch, Flemish
- hogedrukpan Dutch, Flemish
- hoog Dutch, Flemish
- hoogachtend Dutch, Flemish
- hoogbouw Dutch, Flemish
- hooggebergte Dutch, Flemish
- hooggerechtshof Dutch, Flemish
- hooghartig Dutch, Flemish
- hoogheemraadschap Dutch, Flemish
- hoogheid Dutch, Flemish
- hoogland Dutch, Flemish
- hoogleraar Dutch, Flemish
- hoogmis Dutch, Flemish
- hoogpolig Dutch, Flemish
- hoogspanning Dutch, Flemish
- hoogstand Dutch, Flemish
- hoogte Dutch, Flemish
- hoogverraad Dutch, Flemish
- hoogwaardig Dutch, Flemish
- hoogwerker Dutch, Flemish
- hoogzwanger Dutch, Flemish
- laagdoorlaatfilter Dutch, Flemish
- laten Dutch, Flemish
- omhoog Dutch, Flemish
- ophogen Dutch, Flemish
- torenhoog Dutch, Flemish
- filtre French
- filter Indonesian
- hooch Middle Dutch
- hoog Afrikaans
- hoog
- door
- laten
- hoogte
- filter
- omhoog
- ophogen
- hoogmis
- hoogland
- hoogheid
- hoogbouw
- Hoogduits
- doorlaten
- torenhoog
- hoogpolig
- hoogstand
- hoogleraar
- hooghartig
- hoogwerker
- hoogverraad
- hoogwaardig
- hoogachtend
- hoogzwanger
- hogedrukpan
- doorlaatpost
- hoogspanning
- hooggebergte
- filtervoeder
- bandsperfilter
- hooggerechtshof
- hoogheemraadschap
- banddoorlaatfilter
- laagdoorlaatfilter