straatlicht
Dutch (Brabantic)
/ˈstraːt.lɪxt/
noun
Definitions
- streetlight
Etymology
Compound from Dutch, Flemish straat (street) + Dutch, Flemish licht (light).
Origin
Dutch (Brabantic)
licht
Gloss
light
Concept
Semantic Field
Food and drink
Ontological Category
Action/Process
Kanji
光, 明
Emoji
⚡️ 🌛 🌜️ 🌩️ 🏮 💡 🔦 🕯️ 🚥 🚦 🚨 🪶 ⚡️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- strāta Latin
- achterafstraat Dutch, Flemish
- allicht Dutch, Flemish
- autowasstraat Dutch, Flemish
- devotielicht Dutch, Flemish
- dorpsstraat Dutch, Flemish
- dwaallicht Dutch, Flemish
- fietsstraat Dutch, Flemish
- hoofdstraat Dutch, Flemish
- inlichten Dutch, Flemish
- kaarslicht Dutch, Flemish
- knipperlicht Dutch, Flemish
- kunstlicht Dutch, Flemish
- licht Dutch, Flemish
- lichtbeeld Dutch, Flemish
- lichtbreking Dutch, Flemish
- lichtekooi Dutch, Flemish
- lichtelijk Dutch, Flemish
- lichtgas Dutch, Flemish
- lichtgewicht Dutch, Flemish
- lichtinval Dutch, Flemish
- lichtjaar Dutch, Flemish
- lichtknop Dutch, Flemish
- lichtkracht Dutch, Flemish
- lichtkroon Dutch, Flemish
- lichtlichaam Dutch, Flemish
- lichtpunt Dutch, Flemish
- lichtreactie Dutch, Flemish
- lichtsabel Dutch, Flemish
- lichtschip Dutch, Flemish
- lichtsnelheid Dutch, Flemish
- lichtstraal Dutch, Flemish
- lichttoren Dutch, Flemish
- lichtvat Dutch, Flemish
- lichtvervuiling Dutch, Flemish
- lichtvoetig Dutch, Flemish
- lichtzinnig Dutch, Flemish
- lichtzwaard Dutch, Flemish
- maanlicht Dutch, Flemish
- milieustraat Dutch, Flemish
- noorderlicht Dutch, Flemish
- pillicht Dutch, Flemish
- pitstraat Dutch, Flemish
- poollicht Dutch, Flemish
- schemerlicht Dutch, Flemish
- stoplicht Dutch, Flemish
- straat Dutch, Flemish
- straatarm Dutch, Flemish
- straathoek Dutch, Flemish
- straathond Dutch, Flemish
- straatintimidatie Dutch, Flemish
- straatjongen Dutch, Flemish
- straatkind Dutch, Flemish
- straatkunstenaar Dutch, Flemish
- straatmeisje Dutch, Flemish
- straatmuzikant Dutch, Flemish
- straatnaam Dutch, Flemish
- straatorgel Dutch, Flemish
- straatrace Dutch, Flemish
- straatracer Dutch, Flemish
- straatroof Dutch, Flemish
- straatrover Dutch, Flemish
- straatsteen Dutch, Flemish
- straatvechter Dutch, Flemish
- straatveger Dutch, Flemish
- straatverkoper Dutch, Flemish
- straatwaarde Dutch, Flemish
- straatweg Dutch, Flemish
- theelicht Dutch, Flemish
- toelichten Dutch, Flemish
- tweelicht Dutch, Flemish
- vederlicht Dutch, Flemish
- verkeerslicht Dutch, Flemish
- wasstraat Dutch, Flemish
- zodiakaallicht Dutch, Flemish
- zoeklicht Dutch, Flemish
- zonlicht Dutch, Flemish
- zwaailicht Dutch, Flemish
- *linhtaz Proto-Germanic
- setrat Indonesian
- licht Middle Dutch
- strate Middle Dutch
- lig Afrikaans
- straat Afrikaans
- straatlig Afrikaans
- strati Sranan Tongo
- licht
- straat
- allicht
- lichtgas
- zonlicht
- lichtvat
- pillicht
- theelicht
- pitstraat
- lichtpunt
- wasstraat
- tweelicht
- poollicht
- straatarm
- inlichten
- straatweg
- lichtknop
- stoplicht
- maanlicht
- zoeklicht
- lichtjaar
- straatroof
- lichttoren
- dwaallicht
- lichtsabel
- straatnaam
- lichtekooi
- lichtschip
- lichtelijk
- toelichten
- straathond
- straatkind
- zwaailicht
- lichtinval
- straathoek
- vederlicht
- lichtkroon
- kunstlicht
- lichtbeeld
- kaarslicht
- straatrace
- straatsteen
- lichtzinnig
- straatracer
- fietsstraat
- hoofdstraat
- dorpsstraat
- lichtkracht
- straatveger
- straatrover
- lichtzwaard
- lichtvoetig
- straatorgel
- lichtstraal
- lichtbreking
- straatmeisje
- straatjongen
- lichtreactie
- straatwaarde
- lichtgewicht
- lichtlichaam
- milieustraat
- knipperlicht
- noorderlicht
- devotielicht
- schemerlicht
- lichtsnelheid
- straatvechter
- verkeerslicht
- autowasstraat
- zodiakaallicht
- straatverkoper
- achterafstraat
- straatmuzikant
- lichtvervuiling
- straatkunstenaar
- straatintimidatie