fietsenhok
Dutch (Brabantic)
/ˈfit.sə(n)ˌɦɔk/
noun
Definitions
- A roofed place where bicycle can be stalled; a bicycle shed often (semi-)open.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish fiets (bicycle, bike) + Dutch, Flemish hok (hutch, doghouse, hovel, cage, jail, booth, pen, shelter, compartment).
Origin
Dutch (Brabantic)
hok
Gloss
hutch, doghouse, hovel, cage, jail, booth, pen, shelter, compartment
Concept
Semantic Field
Animals
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Fietse German
- bakfiets Dutch, Flemish
- bierfiets Dutch, Flemish
- bromfiets Dutch, Flemish
- bushok Dutch, Flemish
- fiets Dutch, Flemish
- fietsbel Dutch, Flemish
- fietsbrug Dutch, Flemish
- fietsen Dutch, Flemish
- fietsendrager Dutch, Flemish
- fietsenrek Dutch, Flemish
- fietsenstalling Dutch, Flemish
- fietshelm Dutch, Flemish
- fietsinfrastructuur Dutch, Flemish
- fietspad Dutch, Flemish
- fietspomp Dutch, Flemish
- fietsriksja Dutch, Flemish
- fietsrotonde Dutch, Flemish
- fietsstrook Dutch, Flemish
- fietsstuur Dutch, Flemish
- fietstaxi Dutch, Flemish
- fietstocht Dutch, Flemish
- fietsveer Dutch, Flemish
- hoenderhok Dutch, Flemish
- hok Dutch, Flemish
- hondehok Dutch, Flemish
- hondenhok Dutch, Flemish
- kinderfiets Dutch, Flemish
- kippenhok Dutch, Flemish
- konijnenhok Dutch, Flemish
- kookhok Dutch, Flemish
- ligfiets Dutch, Flemish
- lokfiets Dutch, Flemish
- loopfiets Dutch, Flemish
- moederfiets Dutch, Flemish
- motorfiets Dutch, Flemish
- omafiets Dutch, Flemish
- pashok Dutch, Flemish
- plooifiets Dutch, Flemish
- racefiets Dutch, Flemish
- snorfiets Dutch, Flemish
- spoorfiets Dutch, Flemish
- stemhok Dutch, Flemish
- stoomfiets Dutch, Flemish
- toerfiets Dutch, Flemish
- vouwfiets Dutch, Flemish
- waterfiets Dutch, Flemish
- weesfiets Dutch, Flemish
- brompit Indonesian
- fiets Afrikaans
- hok Afrikaans
- fyts Western Frisian
- pit Javanese
- fietse Dutch Low Saxon
- hok
- fiets
- pashok
- bushok
- fietsen
- kookhok
- stemhok
- ligfiets
- fietsbel
- fietspad
- hondehok
- bakfiets
- omafiets
- lokfiets
- loopfiets
- racefiets
- toerfiets
- kippenhok
- weesfiets
- snorfiets
- bromfiets
- hondenhok
- fietsveer
- fietshelm
- fietspomp
- bierfiets
- fietstaxi
- fietsbrug
- vouwfiets
- plooifiets
- spoorfiets
- hoenderhok
- fietsenrek
- fietstocht
- motorfiets
- stoomfiets
- waterfiets
- fietsstuur
- fietsstrook
- konijnenhok
- moederfiets
- fietsriksja
- kinderfiets
- fietsrotonde
- fietsendrager
- fietsenstalling
- fietsinfrastructuur