dansplaat
Dutch (Brabantic)
/ˈdɑnsplaːt/
noun
Definitions
- (music) a record or compact CD that contains music suitable for dancing
Etymology
Compound from Dutch, Flemish dansen (dance) + Dutch, Flemish plaat (record, plate, disc, board).
Origin
Dutch (Brabantic)
plaat
Gloss
record, plate, disc, board
Concept
Semantic Field
Food and drink
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
🍽️
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- dansen Dutch, Flemish
- danser Dutch, Flemish
- dansfeest Dutch, Flemish
- danshuis Dutch, Flemish
- dansmarieke Dutch, Flemish
- dansschoen Dutch, Flemish
- dansvee Dutch, Flemish
- dansvloer Dutch, Flemish
- danszaal Dutch, Flemish
- dansziek Dutch, Flemish
- gipskartonplaat Dutch, Flemish
- gipsplaat Dutch, Flemish
- glasplaat Dutch, Flemish
- grammofoonplaat Dutch, Flemish
- ijsdansen Dutch, Flemish
- kentekenplaat Dutch, Flemish
- kookplaat Dutch, Flemish
- langspeelplaat Dutch, Flemish
- nummerplaat Dutch, Flemish
- plaat Dutch, Flemish
- plaatstaal Dutch, Flemish
- plaattektoniek Dutch, Flemish
- plaatwerk Dutch, Flemish
- platencontract Dutch, Flemish
- platendraaier Dutch, Flemish
- platenlabel Dutch, Flemish
- platenspeler Dutch, Flemish
- platentektoniek Dutch, Flemish
- platenwinkel Dutch, Flemish
- platenzaak Dutch, Flemish
- printplaat Dutch, Flemish
- spaanderplaat Dutch, Flemish
- spaanplaat Dutch, Flemish
- wijzerplaat Dutch, Flemish
- dansen Middle Dutch
- plate Middle Dutch
- dansi Sranan Tongo
- dansie Sranan Tongo
- plaat
- dansen
- danser
- dansvee
- danshuis
- dansziek
- danszaal
- dansvloer
- kookplaat
- gipsplaat
- ijsdansen
- plaatwerk
- dansfeest
- glasplaat
- plaatstaal
- spaanplaat
- platenzaak
- dansschoen
- printplaat
- nummerplaat
- dansmarieke
- platenlabel
- wijzerplaat
- platenspeler
- platenwinkel
- platendraaier
- spaanderplaat
- kentekenplaat
- platencontract
- langspeelplaat
- plaattektoniek
- platentektoniek
- grammofoonplaat
- gipskartonplaat