voetpad
Dutch (Brabantic)
/ˈvutpɑt/
noun
Definitions
- footpath, especially a paved walkway
Etymology
Compound from Dutch, Flemish voet (foot, on foot, footed) + Dutch, Flemish pad (toad, path).
Origin
Dutch (Brabantic)
pad
Gloss
toad, path
Concept
Semantic Field
Animals
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
道, 路
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- foot English
- footpath English
- path English
- aarsvoet Dutch, Flemish
- barrevoets Dutch, Flemish
- barvoets Dutch, Flemish
- bergpad Dutch, Flemish
- blootsvoets Dutch, Flemish
- blootvoets Dutch, Flemish
- donderpad Dutch, Flemish
- drievoet Dutch, Flemish
- fietspad Dutch, Flemish
- hazenpad Dutch, Flemish
- jaagpad Dutch, Flemish
- klimvoet Dutch, Flemish
- klompvoet Dutch, Flemish
- knoflookpad Dutch, Flemish
- koevoet Dutch, Flemish
- lichtvoetig Dutch, Flemish
- lotusvoet Dutch, Flemish
- olifantenpad Dutch, Flemish
- paadje Dutch, Flemish
- pad Dutch, Flemish
- paddenstoel Dutch, Flemish
- padje Dutch, Flemish
- rugstreeppad Dutch, Flemish
- schelpenpad Dutch, Flemish
- schildpad Dutch, Flemish
- slingerpad Dutch, Flemish
- stampvoeten Dutch, Flemish
- tegenvoeter Dutch, Flemish
- tuinpad Dutch, Flemish
- tweevoet Dutch, Flemish
- tweevoeter Dutch, Flemish
- tweevoetig Dutch, Flemish
- tweevoets Dutch, Flemish
- vastvoetig Dutch, Flemish
- viervoeter Dutch, Flemish
- voet Dutch, Flemish
- voetafdruk Dutch, Flemish
- voetangel Dutch, Flemish
- voetbal Dutch, Flemish
- voetboog Dutch, Flemish
- voeteren Dutch, Flemish
- voetganger Dutch, Flemish
- voetknecht Dutch, Flemish
- voetkus Dutch, Flemish
- voetman Dutch, Flemish
- voetnoot Dutch, Flemish
- voetslet Dutch, Flemish
- voetsoldaat Dutch, Flemish
- voetspoor Dutch, Flemish
- voetstap Dutch, Flemish
- voetstuk Dutch, Flemish
- voetveeg Dutch, Flemish
- voetveer Dutch, Flemish
- voetzool Dutch, Flemish
- vroedmeesterpad Dutch, Flemish
- wandelpad Dutch, Flemish
- zandpad Dutch, Flemish
- zebrapad Dutch, Flemish
- zijpad Dutch, Flemish
- zwartvoetpinguïn Dutch, Flemish
- padde Middle Dutch
- pat Middle Dutch
- voet Middle Dutch
- pad Afrikaans
- padda Afrikaans
- voet Afrikaans
- pad
- voet
- padje
- paadje
- zijpad
- jaagpad
- tuinpad
- voetbal
- zandpad
- koevoet
- bergpad
- voetkus
- voetman
- voetveeg
- tweevoet
- voeteren
- hazenpad
- zebrapad
- fietspad
- voetboog
- drievoet
- voetstuk
- voetnoot
- klimvoet
- voetveer
- voetzool
- aarsvoet
- barvoets
- voetstap
- voetslet
- voetangel
- wandelpad
- schildpad
- klompvoet
- lotusvoet
- donderpad
- voetspoor
- tweevoets
- slingerpad
- barrevoets
- tweevoeter
- voetafdruk
- blootvoets
- voetganger
- vastvoetig
- viervoeter
- voetknecht
- tweevoetig
- paddenstoel
- knoflookpad
- schelpenpad
- stampvoeten
- lichtvoetig
- blootsvoets
- tegenvoeter
- voetsoldaat
- olifantenpad
- rugstreeppad
- vroedmeesterpad
- zwartvoetpinguïn