leerstof
Dutch (Brabantic)
/ˈleːr.stɔf/
noun
Definitions
- The subject matter that is taught or studied.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish leren (learn, teach) + Dutch, Flemish stof (dust, matter, substance, stuff).
Origin
Dutch (Brabantic)
stof
Gloss
dust, matter, substance, stuff
Concept
Semantic Field
The physical world
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Stoff German
- Stofberg Dutch, Flemish
- aanleren Dutch, Flemish
- afleren Dutch, Flemish
- afvalstof Dutch, Flemish
- antistof Dutch, Flemish
- beleren Dutch, Flemish
- bergstof Dutch, Flemish
- bijleren Dutch, Flemish
- brandstof Dutch, Flemish
- delfstof Dutch, Flemish
- entstof Dutch, Flemish
- fijnstof Dutch, Flemish
- gifstof Dutch, Flemish
- grondstof Dutch, Flemish
- huisstof Dutch, Flemish
- kleurstof Dutch, Flemish
- koolstof Dutch, Flemish
- kunststof Dutch, Flemish
- leerdicht Dutch, Flemish
- leergang Dutch, Flemish
- leerjongen Dutch, Flemish
- leerkracht Dutch, Flemish
- leerling Dutch, Flemish
- leerlinge Dutch, Flemish
- leermeester Dutch, Flemish
- leerstoel Dutch, Flemish
- leerstoornis Dutch, Flemish
- leerzaam Dutch, Flemish
- leraar Dutch, Flemish
- leren Dutch, Flemish
- lering Dutch, Flemish
- ontleren Dutch, Flemish
- pisstof Dutch, Flemish
- plofstof Dutch, Flemish
- smetstof Dutch, Flemish
- springstof Dutch, Flemish
- sterrenstof Dutch, Flemish
- stikstof Dutch, Flemish
- stof Dutch, Flemish
- stofduivel Dutch, Flemish
- stoffelijk Dutch, Flemish
- stoffen Dutch, Flemish
- stoffig Dutch, Flemish
- stofhoos Dutch, Flemish
- stofkam Dutch, Flemish
- stoflong Dutch, Flemish
- stofmasker Dutch, Flemish
- stofvrij Dutch, Flemish
- stofwisseling Dutch, Flemish
- stofwolk Dutch, Flemish
- stofzuigen Dutch, Flemish
- stofzuiger Dutch, Flemish
- verleren Dutch, Flemish
- vloeistof Dutch, Flemish
- voedingsstof Dutch, Flemish
- waterstof Dutch, Flemish
- zoetstof Dutch, Flemish
- zoutstof Dutch, Flemish
- zuurstof Dutch, Flemish
- leren Middle Dutch
- lêren Middle Dutch
- stof Middle Dutch
- stoffe Middle Dutch
- leer Afrikaans
- stikstof Afrikaans
- stof Afrikaans
- stof Western Frisian
- stòf Papiamentu
- stof
- leren
- leraar
- lering
- beleren
- gifstof
- stoffig
- stofkam
- pisstof
- afleren
- stoffen
- entstof
- leerzaam
- stoflong
- koolstof
- fijnstof
- stofwolk
- Stofberg
- stofhoos
- antistof
- leergang
- huisstof
- zoetstof
- zuurstof
- delfstof
- zoutstof
- smetstof
- aanleren
- leerling
- bijleren
- bergstof
- stikstof
- plofstof
- ontleren
- verleren
- stofvrij
- afvalstof
- leerstoel
- leerdicht
- leerlinge
- brandstof
- grondstof
- vloeistof
- kunststof
- waterstof
- kleurstof
- stofzuiger
- stofduivel
- leerkracht
- stofzuigen
- leerjongen
- stofmasker
- springstof
- stoffelijk
- sterrenstof
- leermeester
- leerstoornis
- voedingsstof
- stofwisseling