bovenzijde
Dutch (Brabantic)
/ˈboː.və(n)ˌzɛi̯.də/
noun
Definitions
- upper side, top
Etymology
Prefix from Dutch, Flemish zijde (side, silk).
Origin
Dutch (Brabantic)
zijde
Gloss
side, silk
Concept
Semantic Field
The body
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
絹
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aanbodzijde Dutch, Flemish
- anderzijds Dutch, Flemish
- bladzijde Dutch, Flemish
- eenzijdig Dutch, Flemish
- enerzijds Dutch, Flemish
- gelijkzijdig Dutch, Flemish
- kunstzijde Dutch, Flemish
- lijzij Dutch, Flemish
- lijzijde Dutch, Flemish
- onderzijde Dutch, Flemish
- onzijdig Dutch, Flemish
- schaduwzijde Dutch, Flemish
- tandzijde Dutch, Flemish
- veelzijdig Dutch, Flemish
- wederzijds Dutch, Flemish
- zijde Dutch, Flemish
- zijdehoen Dutch, Flemish
- zijdelings Dutch, Flemish
- zijderoute Dutch, Flemish
- zijdevlinder Dutch, Flemish
- zijdgeweer Dutch, Flemish
- zonzijde Dutch, Flemish
- side Middle Dutch