boekwinkel
Dutch (Brabantic)
/ˈbukˌʋiŋ.kəl/
noun
Definitions
- bookshop, bookstore
Etymology
Affix from Dutch, Flemish boek (book, omasum) + Dutch, Flemish winkel (shop, store).
Origin
Dutch (Brabantic)
winkel
Gloss
shop, store
Concept
Semantic Field
Possession
Ontological Category
Person/Thing
Kanji
店
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aantekenboek Dutch, Flemish
- aantekeningenboek Dutch, Flemish
- bacovewinkel Dutch, Flemish
- boek Dutch, Flemish
- boekbeschouwer Dutch, Flemish
- boekdeel Dutch, Flemish
- boekdrukkunst Dutch, Flemish
- boeken Dutch, Flemish
- boekenkast Dutch, Flemish
- boekenkennis Dutch, Flemish
- boekenliefde Dutch, Flemish
- boekenliefhebber Dutch, Flemish
- boekenliefhebberij Dutch, Flemish
- boekennaam Dutch, Flemish
- boekenplank Dutch, Flemish
- boekenschouw Dutch, Flemish
- boekensteun Dutch, Flemish
- boekenvriend Dutch, Flemish
- boekenvriendin Dutch, Flemish
- boekenvriendschap Dutch, Flemish
- boekenwijsheid Dutch, Flemish
- boekenwurm Dutch, Flemish
- boekenzucht Dutch, Flemish
- boekerij Dutch, Flemish
- boekhandel Dutch, Flemish
- boekhouding Dutch, Flemish
- boekjaar Dutch, Flemish
- boeklong Dutch, Flemish
- boekmaag Dutch, Flemish
- boekpens Dutch, Flemish
- boekrecensie Dutch, Flemish
- boekstaaf Dutch, Flemish
- boekverluchting Dutch, Flemish
- buurtwinkel Dutch, Flemish
- dagboek Dutch, Flemish
- dierenwinkel Dutch, Flemish
- dodenboek Dutch, Flemish
- doodboek Dutch, Flemish
- doopboek Dutch, Flemish
- draaiboek Dutch, Flemish
- gastenboek Dutch, Flemish
- gemakswinkel Dutch, Flemish
- geschiedboek Dutch, Flemish
- geschiedenisboek Dutch, Flemish
- getijdenboek Dutch, Flemish
- ijswinkel Dutch, Flemish
- ijzerwarenwinkel Dutch, Flemish
- ijzerwinkel Dutch, Flemish
- jaarboek Dutch, Flemish
- jeugdboek Dutch, Flemish
- kaartenboek Dutch, Flemish
- kinderboek Dutch, Flemish
- komenijswinkel Dutch, Flemish
- kookboek Dutch, Flemish
- kringloopwinkel Dutch, Flemish
- kruidenierswinkel Dutch, Flemish
- logboek Dutch, Flemish
- luisterboek Dutch, Flemish
- naaiboek Dutch, Flemish
- notitieboek Dutch, Flemish
- platenwinkel Dutch, Flemish
- schetsboek Dutch, Flemish
- sportwinkel Dutch, Flemish
- spreekwoordenboek Dutch, Flemish
- stamboek Dutch, Flemish
- stripboek Dutch, Flemish
- webwinkel Dutch, Flemish
- weidewinkel Dutch, Flemish
- wetboek Dutch, Flemish
- winkel Dutch, Flemish
- winkeldiefstal Dutch, Flemish
- winkelen Dutch, Flemish
- winkelhaak Dutch, Flemish
- winkelier Dutch, Flemish
- winkelpassage Dutch, Flemish
- winkelwagen Dutch, Flemish
- woordenboek Dutch, Flemish
- bengkel Indonesian
- boec Middle Dutch
- winkel Middle Dutch
- boek Afrikaans
- winkel Afrikaans
- bengkel Malay
- buku Malay
- wenkri Sranan Tongo
- buku Brunei Malay
- boku Cia-Cia
- 보꾸 Cia-Cia
- boek
- winkel
- boeken
- dagboek
- logboek
- wetboek
- boekmaag
- boekpens
- naaiboek
- boekjaar
- doodboek
- kookboek
- boekdeel
- boeklong
- winkelen
- jaarboek
- stamboek
- boekerij
- doopboek
- webwinkel
- boekstaaf
- dodenboek
- winkelier
- draaiboek
- jeugdboek
- stripboek
- ijswinkel
- schetsboek
- boekennaam
- kinderboek
- winkelhaak
- boekhandel
- boekenwurm
- boekenkast
- gastenboek
- boekensteun
- luisterboek
- weidewinkel
- sportwinkel
- ijzerwinkel
- notitieboek
- buurtwinkel
- woordenboek
- boekenzucht
- boekhouding
- boekenplank
- winkelwagen
- kaartenboek
- getijdenboek
- geschiedboek
- boekenliefde
- boekenvriend
- boekrecensie
- boekenkennis
- platenwinkel
- boekenschouw
- bacovewinkel
- aantekenboek
- gemakswinkel
- dierenwinkel
- winkelpassage
- boekdrukkunst
- winkeldiefstal
- boekbeschouwer
- boekenvriendin
- komenijswinkel
- boekenwijsheid
- boekverluchting
- kringloopwinkel
- geschiedenisboek
- boekenliefhebber
- ijzerwarenwinkel
- boekenvriendschap
- aantekeningenboek
- kruidenierswinkel
- spreekwoordenboek
- boekenliefhebberij