bisschopswijn
Dutch (Brabantic)
/ˈbɪ.sxɔpsˌʋɛi̯n/
noun
Definitions
- A type of mulled wine, often drunk on and before Saint Nicholas' Eve (December 5), made of oranges; bishop's wine.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish bisschop (bishop, bisshop, mulled wine) + Dutch, Flemish wijn (wine, wijn).
Origin
Dutch (Brabantic)
wijn
Gloss
wine, wijn
Concept
Semantic Field
Food and drink
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
🍷
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aartsbisschop Dutch, Flemish
- appelwijn Dutch, Flemish
- bisdom Dutch, Flemish
- bisschop Dutch, Flemish
- bisschoppelijk Dutch, Flemish
- bisschopsmijter Dutch, Flemish
- bisschopsring Dutch, Flemish
- braakwijn Dutch, Flemish
- brandewijn Dutch, Flemish
- bubbelwijn Dutch, Flemish
- dadelwijn Dutch, Flemish
- hulpbisschop Dutch, Flemish
- koorbisschop Dutch, Flemish
- kraamwijn Dutch, Flemish
- miswijn Dutch, Flemish
- ooftwijn Dutch, Flemish
- palmwijn Dutch, Flemish
- prins-bisschop Dutch, Flemish
- rijstwijn Dutch, Flemish
- schuimwijn Dutch, Flemish
- vorst-bisschop Dutch, Flemish
- vruchtenwijn Dutch, Flemish
- wijbisschop Dutch, Flemish
- wijn Dutch, Flemish
- wijnazijn Dutch, Flemish
- wijnberg Dutch, Flemish
- wijnboer Dutch, Flemish
- wijnbouw Dutch, Flemish
- wijnfles Dutch, Flemish
- wijngaard Dutch, Flemish
- wijnglas Dutch, Flemish
- wijnhandelaar Dutch, Flemish
- wijnhelling Dutch, Flemish
- wijnhuis Dutch, Flemish
- wijnjaar Dutch, Flemish
- wijnkelder Dutch, Flemish
- wijnoogst Dutch, Flemish
- wijnpers Dutch, Flemish
- wijnrank Dutch, Flemish
- wijnrood Dutch, Flemish
- wijnruit Dutch, Flemish
- wijnsteen Dutch, Flemish
- wijnvlek Dutch, Flemish
- witte wijn Dutch, Flemish
- biskop Indonesian
- bischop Middle Dutch
- wijn Middle Dutch
- biskop Afrikaans
- wyn Afrikaans
- biskop Malay
- wijn
- bisdom
- miswijn
- wijnrank
- wijnberg
- wijnfles
- wijnhuis
- wijnruit
- wijnpers
- wijnglas
- wijnvlek
- palmwijn
- wijnjaar
- wijnrood
- wijnboer
- ooftwijn
- bisschop
- wijnbouw
- wijnoogst
- rijstwijn
- wijnazijn
- kraamwijn
- appelwijn
- wijnsteen
- braakwijn
- dadelwijn
- wijngaard
- schuimwijn
- brandewijn
- witte wijn
- wijnkelder
- bubbelwijn
- wijnhelling
- wijbisschop
- hulpbisschop
- vruchtenwijn
- koorbisschop
- bisschopsring
- aartsbisschop
- wijnhandelaar
- bisschoppelijk
- prins-bisschop
- vorst-bisschop
- bisschopsmijter