wapensysteem
Dutch (Brabantic)
/ˈʋaː.pə(n).siˈsteːm/
noun
Definitions
- weapons system
Etymology
Compound from Dutch, Flemish wapen (weapon, arm, coat of arms, armour) + Dutch, Flemish systeem (system).
Origin
Dutch (Brabantic)
systeem
Gloss
system
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- systēma Latin
- Wapenveld Dutch, Flemish
- atoomwapen Dutch, Flemish
- bestandssysteem Dutch, Flemish
- besturingssysteem Dutch, Flemish
- biowapen Dutch, Flemish
- borstwapen Dutch, Flemish
- dienstwapen Dutch, Flemish
- ecosysteem Dutch, Flemish
- geslachtswapen Dutch, Flemish
- immuniteitssysteem Dutch, Flemish
- immuunsysteem Dutch, Flemish
- kernwapen Dutch, Flemish
- kiessysteem Dutch, Flemish
- massavernietigingswapen Dutch, Flemish
- meetsysteem Dutch, Flemish
- ontstekingssysteem Dutch, Flemish
- slagwapen Dutch, Flemish
- stootwapen Dutch, Flemish
- stroomstootwapen Dutch, Flemish
- systeem Dutch, Flemish
- systeembeheerder Dutch, Flemish
- systeemfout Dutch, Flemish
- vuurwapen Dutch, Flemish
- wapen Dutch, Flemish
- wapenen Dutch, Flemish
- wapenfeit Dutch, Flemish
- wapenhandel Dutch, Flemish
- wapenkreet Dutch, Flemish
- wapenkunde Dutch, Flemish
- wapenschild Dutch, Flemish
- wapensmid Dutch, Flemish
- wapenstand Dutch, Flemish
- wapenstilstand Dutch, Flemish
- wapenstok Dutch, Flemish
- wapenteken Dutch, Flemish
- wapentuig Dutch, Flemish
- wapenwedloop Dutch, Flemish
- sistem Indonesian
- wâpen Middle Dutch
- wapen
- systeem
- wapenen
- biowapen
- wapenfeit
- wapenstok
- wapentuig
- slagwapen
- vuurwapen
- Wapenveld
- wapensmid
- kernwapen
- ecosysteem
- borstwapen
- wapenstand
- wapenteken
- wapenkreet
- stootwapen
- atoomwapen
- wapenkunde
- dienstwapen
- wapenschild
- systeemfout
- kiessysteem
- meetsysteem
- wapenhandel
- wapenwedloop
- immuunsysteem
- wapenstilstand
- geslachtswapen
- bestandssysteem
- stroomstootwapen
- systeembeheerder
- besturingssysteem
- immuniteitssysteem
- ontstekingssysteem
- massavernietigingswapen