lichaamsbeweging
Dutch (Brabantic)
noun
Definitions
- physical exercise
- body movement
Etymology
Affix from Dutch, Flemish lichaam (body) + Dutch, Flemish beweging (movement).
Origin
Dutch (Brabantic)
beweging
Gloss
movement
Concept
Semantic Field
Motion
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- afscheidingsbeweging Dutch, Flemish
- bewegen Dutch, Flemish
- beweging Dutch, Flemish
- bewegingsapparaat Dutch, Flemish
- bewegingsoorlog Dutch, Flemish
- burgerrechtenbeweging Dutch, Flemish
- flikkerbeweging Dutch, Flemish
- haam Dutch, Flemish
- hemellichaam Dutch, Flemish
- lichaam Dutch, Flemish
- lichaamsbouw Dutch, Flemish
- lichaamsdeel Dutch, Flemish
- lichaamsholte Dutch, Flemish
- lichaamshouding Dutch, Flemish
- lichaamstaal Dutch, Flemish
- lichaamstemperatuur Dutch, Flemish
- lichaamsvocht Dutch, Flemish
- lichaamswarmte Dutch, Flemish
- lichamelijk Dutch, Flemish
- lichtlichaam Dutch, Flemish
- lijk Dutch, Flemish
- schijnbeweging Dutch, Flemish
- tangbeweging Dutch, Flemish
- verzetsbeweging Dutch, Flemish
- lichame Middle Dutch
- beweging Afrikaans
- liggaam Afrikaans
- lijk
- haam
- lichaam
- bewegen
- beweging
- lichamelijk
- lichaamsbouw
- hemellichaam
- lichtlichaam
- lichaamsdeel
- tangbeweging
- lichaamstaal
- lichaamsvocht
- lichaamsholte
- schijnbeweging
- lichaamswarmte
- verzetsbeweging
- flikkerbeweging
- lichaamshouding
- bewegingsoorlog
- bewegingsapparaat
- lichaamstemperatuur
- afscheidingsbeweging
- burgerrechtenbeweging