broodroof
Dutch (Brabantic)
/ˈbroːt.roːf/
noun
Definitions
- denial of making a livelihood (e.g. by unfair competition or forced unemployment)
Etymology
Compound from Dutch, Flemish brood (bread) + Dutch, Flemish roof (robbery, spoil, scabby, booty).
Origin
Dutch (Brabantic)
roof
Gloss
robbery, spoil, scabby, booty
Concept
Semantic Field
Food and drink
Ontological Category
Action/Process
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- bread English
- afbakbrood Dutch, Flemish
- apostelbrood Dutch, Flemish
- avondbrood Dutch, Flemish
- bankroof Dutch, Flemish
- bierenbrood Dutch, Flemish
- bodenbrood Dutch, Flemish
- brood Dutch, Flemish
- broodbeleg Dutch, Flemish
- broodbelegsel Dutch, Flemish
- broodbus Dutch, Flemish
- brooddeeg Dutch, Flemish
- broodhaan Dutch, Flemish
- broodmager Dutch, Flemish
- broodmes Dutch, Flemish
- broodnodig Dutch, Flemish
- broodplank Dutch, Flemish
- broodrooster Dutch, Flemish
- broodroven Dutch, Flemish
- broodschrijfster Dutch, Flemish
- broodschrijver Dutch, Flemish
- broodsuiker Dutch, Flemish
- broodtrommel Dutch, Flemish
- broodwinner Dutch, Flemish
- broodwinning Dutch, Flemish
- broodwortel Dutch, Flemish
- casinobrood Dutch, Flemish
- gerstebrood Dutch, Flemish
- godenbrood Dutch, Flemish
- johannesbrood Dutch, Flemish
- kokosbrood Dutch, Flemish
- krentenbrood Dutch, Flemish
- lijkroof Dutch, Flemish
- melkbrood Dutch, Flemish
- roggebrood Dutch, Flemish
- roof Dutch, Flemish
- roofkunst Dutch, Flemish
- roofmoord Dutch, Flemish
- stokbrood Dutch, Flemish
- straatroof Dutch, Flemish
- suikerbrood Dutch, Flemish
- tarwebrood Dutch, Flemish
- vlaggenroof Dutch, Flemish
- volkorenbrood Dutch, Flemish
- witbrood Dutch, Flemish
- wittebrood Dutch, Flemish
- zetelroof Dutch, Flemish
- brôot Middle Dutch
- roof Middle Dutch
- brood Afrikaans
- roof
- brood
- broodbus
- broodmes
- lijkroof
- witbrood
- bankroof
- broodhaan
- zetelroof
- melkbrood
- stokbrood
- roofmoord
- brooddeeg
- roofkunst
- avondbrood
- roggebrood
- kokosbrood
- wittebrood
- afbakbrood
- straatroof
- tarwebrood
- bodenbrood
- broodmager
- broodnodig
- broodplank
- broodroven
- godenbrood
- broodbeleg
- vlaggenroof
- casinobrood
- gerstebrood
- broodsuiker
- bierenbrood
- broodwortel
- broodwinner
- suikerbrood
- broodwinning
- apostelbrood
- broodtrommel
- broodrooster
- krentenbrood
- broodbelegsel
- johannesbrood
- volkorenbrood
- broodschrijver
- broodschrijfster