zwemvlies
Dutch (Brabantic)
/ˈzʋɛm.vlis/
noun
Definitions
- web, membrane of webbed feet in some animals
- flipper, fin swimming gear
Etymology
Compound from Dutch, Flemish zwemmen (swim) + Dutch, Flemish vlies (membrane, fleece).
Origin
Dutch (Brabantic)
vlies
Gloss
membrane, fleece
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aanzwemmen Dutch, Flemish
- beenvlies Dutch, Flemish
- bekkeneelvlies Dutch, Flemish
- bezwemmen Dutch, Flemish
- breinvlies Dutch, Flemish
- buikvlies Dutch, Flemish
- darmvlies Dutch, Flemish
- hersenvlies Dutch, Flemish
- hoornvlies Dutch, Flemish
- maagdenvlies Dutch, Flemish
- netvlies Dutch, Flemish
- ontzwemmen Dutch, Flemish
- regenboogvlies Dutch, Flemish
- rugzwemmen Dutch, Flemish
- schaapsvlies Dutch, Flemish
- schapenvlies Dutch, Flemish
- schedelvlies Dutch, Flemish
- slijmvlies Dutch, Flemish
- trommelvlies Dutch, Flemish
- vlies Dutch, Flemish
- vliesgevel Dutch, Flemish
- zwembad Dutch, Flemish
- zwemblaas Dutch, Flemish
- zwembroek Dutch, Flemish
- zwemkelle Dutch, Flemish
- zwemkleding Dutch, Flemish
- zwemmen Dutch, Flemish
- zwemmer Dutch, Flemish
- zwempak Dutch, Flemish
- zwemstaart Dutch, Flemish
- zwemster Dutch, Flemish
- zwemvest Dutch, Flemish
- zwemvogel Dutch, Flemish
- swemmen Middle Dutch
- vlies Middle Dutch
- swem Afrikaans
- vlies
- zwemmer
- zwempak
- zwemmen
- zwembad
- zwemvest
- netvlies
- zwemster
- buikvlies
- darmvlies
- bezwemmen
- zwemvogel
- beenvlies
- zwembroek
- zwemkelle
- zwemblaas
- breinvlies
- rugzwemmen
- hoornvlies
- zwemstaart
- ontzwemmen
- slijmvlies
- aanzwemmen
- vliesgevel
- hersenvlies
- zwemkleding
- schapenvlies
- trommelvlies
- maagdenvlies
- schedelvlies
- schaapsvlies
- regenboogvlies
- bekkeneelvlies