wetenschap
Dutch (Brabantic)
/ˈʋeːtənsxɑp/
noun
Definitions
- (uncountable) knowledge
- science, scholarly knowledge, scholarship collective discipline of learning acquired through any scholarly method, totality of knowledge
- any academic discipline; in general, the sciences and humanities taken as a whole
Etymology
Suffix from Dutch, Flemish weten (know).
Origin
Dutch (Brabantic)
weten
Gloss
know
Concept
Semantic Field
Cognition
Ontological Category
Action/Process
Kanji
知
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- -es- Dutch, Flemish
- Bijbel Dutch, Flemish
- afweten Dutch, Flemish
- bijbelwetenschap Dutch, Flemish
- bèta Dutch, Flemish
- bètawetenschap Dutch, Flemish
- filosofie Dutch, Flemish
- filosofisch Dutch, Flemish
- filosoof Dutch, Flemish
- geest Dutch, Flemish
- geesteswetenschap Dutch, Flemish
- geschiedenis Dutch, Flemish
- geweten Dutch, Flemish
- medeweten Dutch, Flemish
- moraal Dutch, Flemish
- moraalwetenschap Dutch, Flemish
- natuur Dutch, Flemish
- natuurwetenschap Dutch, Flemish
- pseudowetenschap Dutch, Flemish
- recht Dutch, Flemish
- rechtswetenschap Dutch, Flemish
- taal Dutch, Flemish
- taalwetenschap Dutch, Flemish
- vertaalwetenschap Dutch, Flemish
- vertalen Dutch, Flemish
- weetgierig Dutch, Flemish
- weten Dutch, Flemish
- wetenschappelijk Dutch, Flemish
- wetenschapper Dutch, Flemish
- wetenschapsfilosofie Dutch, Flemish
- wetenschapsfilosofisch Dutch, Flemish
- wetenschapsfilosoof Dutch, Flemish
- wetenschapsgeschiedenis Dutch, Flemish
- wetenschapstaal Dutch, Flemish
- wetenswaardigheid Dutch, Flemish
- naturvidenskab Danish
- pseudovidenskab Danish
- retsvidenskab Danish
- sprogvidenskab Danish
- videnskab Danish
- videnskabelig Danish
- videnskabsfilosofi Danish
- videnskabshistoriker Danish
- videnskabsmand Danish
- weten Middle Dutch
- wēten Middle Dutch
- weet Afrikaans
- wetenskap Afrikaans
- wetenskaplik Afrikaans
- wetenschop Middle Low German
- -es-
- taal
- bèta
- weten
- recht
- geest
- Bijbel
- natuur
- moraal
- geweten
- afweten
- vertalen
- filosoof
- medeweten
- filosofie
- weetgierig
- filosofisch
- geschiedenis
- wetenschapper
- taalwetenschap
- bètawetenschap
- wetenschapstaal
- bijbelwetenschap
- moraalwetenschap
- wetenschappelijk
- natuurwetenschap
- pseudowetenschap
- rechtswetenschap
- vertaalwetenschap
- wetenswaardigheid
- geesteswetenschap
- wetenschapsfilosoof
- wetenschapsfilosofie
- wetenschapsfilosofisch
- wetenschapsgeschiedenis