maansondergang
Dutch (Brabantic)
noun
Definitions
- moonset
Etymology
Affix from Dutch, Flemish maan (moon, Moon) + Dutch, Flemish ondergang (doom, fall).
Origin
Dutch (Brabantic)
ondergang
Gloss
doom, fall
Concept
Semantic Field
Motion
Ontological Category
Action/Process
Emoji
🌠 🌧️ 🌨️ 🍁 🍂 🦔
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- Maneblusser Dutch, Flemish
- bloedmaan Dutch, Flemish
- gang Dutch, Flemish
- kunstmaan Dutch, Flemish
- maan Dutch, Flemish
- maanbeving Dutch, Flemish
- maaneclips Dutch, Flemish
- maankop Dutch, Flemish
- maanlander Dutch, Flemish
- maanlanding Dutch, Flemish
- maanlandschap Dutch, Flemish
- maanlicht Dutch, Flemish
- maanoog Dutch, Flemish
- maansikkel Dutch, Flemish
- maansopgang Dutch, Flemish
- maansopkomst Dutch, Flemish
- maansverduistering Dutch, Flemish
- maanvis Dutch, Flemish
- maanzaad Dutch, Flemish
- maanziek Dutch, Flemish
- manenrob Dutch, Flemish
- maneschijn Dutch, Flemish
- onder Dutch, Flemish
- ondergang Dutch, Flemish
- ondergangsprofeet Dutch, Flemish
- ondergangsprofetes Dutch, Flemish
- ondermaans Dutch, Flemish
- supermaan Dutch, Flemish
- verdonkeremanen Dutch, Flemish
- zonsondergang Dutch, Flemish
- mâne Middle Dutch
- maan Afrikaans
- gang
- maan
- onder
- maanoog
- maanvis
- maankop
- maanzaad
- maanziek
- manenrob
- maanlicht
- kunstmaan
- supermaan
- ondergang
- bloedmaan
- maanlander
- ondermaans
- maaneclips
- maansikkel
- maanbeving
- maneschijn
- Maneblusser
- maansopgang
- maanlanding
- maansopkomst
- maanlandschap
- zonsondergang
- verdonkeremanen
- ondergangsprofeet
- ondergangsprofetes
- maansverduistering