brandmiddel
Dutch (Brabantic)
/ˈbrɑntˌmɪ.dəl/
noun
Definitions
- (obsolete) An instrument or substance used for cauterising.
Etymology
Compound from Dutch, Flemish branden (burn, distill) + Dutch, Flemish middel (means, middle, medium, cure, chemical product, center, medicine, mean, chemical agent).
Origin
Dutch (Brabantic)
middel
Gloss
means, middle, medium, cure, chemical product, center, medicine, mean, chemical agent
Concept
Semantic Field
Spatial relations
Ontological Category
Other
Kanji
剤
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aanbranden Dutch, Flemish
- afbranden Dutch, Flemish
- afwasmiddel Dutch, Flemish
- bestrijdingsmiddel Dutch, Flemish
- betaalmiddel Dutch, Flemish
- betalingsmiddel Dutch, Flemish
- bewijsmiddel Dutch, Flemish
- brand Dutch, Flemish
- brandbaar Dutch, Flemish
- branden Dutch, Flemish
- brander Dutch, Flemish
- brandewijn Dutch, Flemish
- brandhout Dutch, Flemish
- branding Dutch, Flemish
- brandmerk Dutch, Flemish
- brandnetel Dutch, Flemish
- brandoffer Dutch, Flemish
- brandschip Dutch, Flemish
- brandspiegel Dutch, Flemish
- brandstapel Dutch, Flemish
- brandstof Dutch, Flemish
- brandzalf Dutch, Flemish
- communicatiemiddel Dutch, Flemish
- drukmiddel Dutch, Flemish
- geneesmiddel Dutch, Flemish
- genotsmiddel Dutch, Flemish
- glijmiddel Dutch, Flemish
- herbranden Dutch, Flemish
- hulpmiddel Dutch, Flemish
- lapmiddel Dutch, Flemish
- levensmiddel Dutch, Flemish
- middel Dutch, Flemish
- middelbaar Dutch, Flemish
- middelen Dutch, Flemish
- middelgroot Dutch, Flemish
- middelmatig Dutch, Flemish
- middelmoot Dutch, Flemish
- onmiddellijk Dutch, Flemish
- ontbranden Dutch, Flemish
- ontharingsmiddel Dutch, Flemish
- ontsmettingsmiddel Dutch, Flemish
- oplosmiddel Dutch, Flemish
- paardenmiddel Dutch, Flemish
- platbranden Dutch, Flemish
- purgeermiddel Dutch, Flemish
- redmiddel Dutch, Flemish
- reinigingsmiddel Dutch, Flemish
- ruilmiddel Dutch, Flemish
- schuurmiddel Dutch, Flemish
- slaapmiddel Dutch, Flemish
- stijlmiddel Dutch, Flemish
- tovermiddel Dutch, Flemish
- verbranden Dutch, Flemish
- voedingsmiddel Dutch, Flemish
- voorbehoedsmiddel Dutch, Flemish
- wasmiddel Dutch, Flemish
- branden Middle Dutch
- middel Middle Dutch
- middel Afrikaans
- middelmannetjie Afrikaans
- brand
- middel
- brander
- branden
- middelen
- branding
- wasmiddel
- afbranden
- brandzalf
- lapmiddel
- brandmerk
- redmiddel
- brandstof
- brandbaar
- brandhout
- drukmiddel
- brandnetel
- hulpmiddel
- brandoffer
- herbranden
- verbranden
- glijmiddel
- ruilmiddel
- middelmoot
- brandewijn
- ontbranden
- middelbaar
- aanbranden
- brandschip
- middelmatig
- oplosmiddel
- platbranden
- afwasmiddel
- brandstapel
- stijlmiddel
- slaapmiddel
- middelgroot
- tovermiddel
- bewijsmiddel
- levensmiddel
- betaalmiddel
- brandspiegel
- geneesmiddel
- schuurmiddel
- onmiddellijk
- genotsmiddel
- purgeermiddel
- paardenmiddel
- voedingsmiddel
- betalingsmiddel
- ontharingsmiddel
- reinigingsmiddel
- voorbehoedsmiddel
- communicatiemiddel
- bestrijdingsmiddel
- ontsmettingsmiddel