schrijfwijze
Dutch (Brabantic)
/ˈsxrɛi̯fˌʋɛi̯.zə/
noun
Definitions
- spelling
Etymology
Compound from Dutch, Flemish schrijven (write, stem of m) + Dutch, Flemish wijze (manner, way).
Origin
Dutch (Brabantic)
wijze
Gloss
manner, way
Concept
Semantic Field
Cognition
Ontological Category
Person/Thing
Emoji
Timeline
Distribution of cognates by language
Geogrpahic distribution of cognates
Cognates and derived terms
- aanschrijven Dutch, Flemish
- afschrijven Dutch, Flemish
- beschrijven Dutch, Flemish
- inschrijven Dutch, Flemish
- leefwijze Dutch, Flemish
- neerschrijven Dutch, Flemish
- omschrijven Dutch, Flemish
- onderschrijven Dutch, Flemish
- opschrijven Dutch, Flemish
- overschrijven Dutch, Flemish
- schoonschrijven Dutch, Flemish
- schrijfbord Dutch, Flemish
- schrijfgerei Dutch, Flemish
- schrijfkunst Dutch, Flemish
- schrijfster Dutch, Flemish
- schrijftaal Dutch, Flemish
- schrijftafel Dutch, Flemish
- schrijfzaal Dutch, Flemish
- schrijven Dutch, Flemish
- schrijver Dutch, Flemish
- spreekwijze Dutch, Flemish
- toeschrijven Dutch, Flemish
- uitschrijven Dutch, Flemish
- veelschrijver Dutch, Flemish
- veelschrijverij Dutch, Flemish
- verschrijven Dutch, Flemish
- voorschrijven Dutch, Flemish
- werkwijze Dutch, Flemish
- wijze Dutch, Flemish
- zienswijze Dutch, Flemish
- schriven Middle Dutch
- skryf Afrikaans
- skrifi Sranan Tongo
- wijze
- schrijven
- schrijver
- leefwijze
- werkwijze
- zienswijze
- schrijfster
- beschrijven
- schrijfzaal
- afschrijven
- opschrijven
- schrijftaal
- schrijfbord
- omschrijven
- inschrijven
- spreekwijze
- aanschrijven
- verschrijven
- schrijfgerei
- schrijftafel
- schrijfkunst
- toeschrijven
- uitschrijven
- neerschrijven
- overschrijven
- veelschrijver
- voorschrijven
- onderschrijven
- veelschrijverij
- schoonschrijven